gezien, iets kleiner dan in de beide voorgaande jaren, maar
daar stond een wederom sterkere stijging van het
salarisniveau tegenover. De uitkering van f400 ineens
die in zijn geheel ten laste van het verslagjaar is gebracht,
is mede daarop van invloed geweest. De stijging van het
salarisniveau is gedeeltelijk een gevolg van de grote
aandacht die wij besteden aan de kwaliteit van onze
dienstverlening. In toenemende mate moeten daarvoor
gespecialiseerde krachten worden aangetrokken, terwijl
daarnaast aanzienlijke bijdragen aan onze werknemers
worden verleend in de kosten van vakopleidingen.
Het ziet er naar uit dat aan de steeds toenemende stijging
van de afschrijvingskosten een einde gaat komen. Door
de zeer grote investeringen die in het recente verleden
zijn gedaan voor de aanpassing van onze accommodaties
aan de moderne eisen, zijn wij thans in staat om onze
toenemende cliëntenstroom op passende wijze te
ontvangen. Daarnaast moeten wij er rekening mee houden
dat in de toekomst de uitbreiding van het kantorennet
zal kunnen worden beperkt als gevolg van onze
samenwerking met de Raiffeisenorganisatie; in dit verband
heeft de gezamenlijke vestigingsregeling in het
verslagjaar reeds duidelijk vruchten afgeworpen.
De kantoorkosten vertoonden een sterke toeneming, die
samenhangt met de groei van de bedrijfsomvang.
De totale bedrijfskosten stegen, inclusief normale
afschrijvingen, met f 40 (29) miljoen tot f 155 (115) miljoen.
In procenten uitgedrukt is dat een stijging van 34 procent,
hetgeen ongeveer even veel is als in de beide voorgaande
jaren. De grote kostenstijgingen van de laatste jaren doen
sterk de noodzaak tot kostenbewaking en efficiency
verbetering gevoelen. Deze en de daarmee samen
hangende problemen hebben dan ook onze speciale
aandacht, zowel bij de centrale instellingen als bij de
aangesloten banken.
Uiteindelijk resulteerde de beschreven ontwikkeling van
baten en lasten in een toeneming van de bedrijfswinst
voor belastingen tot f 65 (49) miljoen. Uitgedrukt in een
percentage van het gemiddelde balanstotaal vertoonde de
bedrijfswinst weer een geringe groei na een daling in de
voorgaande jaren.
Van de bedrijfswinst gaat een aanzienlijk groter deel naar
de belastingen dan in voorgaande jaren, te weten f 26 (17)
miljoen. Voor de aangesloten banken gold over 1970 voor
het eerst het verhoogde tarief voor de vennootschaps
belasting. De fiscale winst is thans belast met 34,5
procent, te vergelijken met 20 procent in vorige jaren.
Voor extra-afschrijvingen, diverse reserves en voor
zieningen werd f 24 (20) miljoen uitgetrokken, zodat een
onverdeeld winstsaldo van f 15 (12) miljoen resteert.
Exclusief het onverdeeld winstsaldo belopen de reserves
ultimo 1970 f 275 (241) miljoen, waarbij geen rekening
is gehouden met de voorziening voor latente belasting
verplichtingen, die ultimo 1970 een bedrag van
f34 miljoen bedraagt.
Organisatorische aspecten
Algemeen
Verreweg het belangrijkste organisatorische aspect van
het afgelopen jaar is de aankondiging van en de vor
deringen in het streven tot samengaan met onze
Utrechtse zusterorganisatie. Elders in dit verslag is
daarop reeds ingegaan. Naast de daar aangehaalde
vestigingsregeling zijn in de algemene vergadering van
28 mei 1970 nog enige wijzigingen aangebracht in de
kringindeling en in het kringreglement. Verder werd het
maximum uit te keren dividend van de centrale bank, de
nv Boeren-Hypotheekbank en de nv Landbouwkrediet
verzekering 'Eindhoven' verhoogd van 6 tot 8 procent.
In de loop van het verslagjaar zijn de activiteiten van de
Stichting Internationale Ontwikkelingshulp door Boeren
leenbanken op gang gekomen. Er werd in totaal ongeveer
f 140 000 aan bijdragen ontvangen van circa 380 boeren
leenbanken. Door storting van de centrale bank is dit
bedrag verdubbeld. Gedurende het verslagjaar werd voor
ruim f 215 000 steun verleend aan een elftal objecten.
Automatisering
In de verslagperiode heeft het computercentrum van de
centrale bank de beschikking gekregen over drie grote
computers van het type IBM 360/40. Daarnaast is
momenteel nog een IBM 360/30 in gebruik. Verder heeft
men thans de beschikking over twee optische lezers.
Behalve telstroken kan één daarvan ook documenten lezen.
In de loop van 1970 zijn, naast de twee reeds bestaande,
nog vier zogenaamde off-line printers (deze werken los
van de computer) aangeschaft, waardoor de totale
printcapaciteit is opgevoerd tot 15 300 regels per minuut.
Dank zij de uitbreiding van de computercapaciteit is het
administratieve dienstbetoon aan de aangesloten banken
weer sterk uitgebreid. In het verslagjaar werd van
180 banken de rekening-courantadministratie en van
80 banken de spaarbankadministratie overgenomen. Eind
december werd van 350 banken de rekening-courant
administratie op de computer verzorgd. Gezamenlijk
30
hadden deze banken bijna 600 000 rekeningen-courant,
hetgeen bijna 90 procent van het gehele bestand van de
organisatie vormt. Eind december 1970 werd de spaarbank
administratie van 250 banken op de computer gevoerd. Te
zamen hadden deze banken meer dan 1,75 miljoen
rekeningen; dat is bijna driekwart van alle spaarrekeningen
van de gehele organisatie. Eind december 1971 zal naar
verwachting van alle boerenleenbanken de rekening-
courantadministratie en van 370 banken de spaarbank
administratie via het computercentrum geschieden. Verder
wordt sedert 1 januari 1970 van alle aangesloten banken
de salarisadministratie geheel door de centrale bank uit
gevoerd. Aan het einde van het verslagjaar werd van
30 banken de periodieke overboekingen van cliënten
geheel automatisch verzorgd; in 1971 zullen daar nog
eens circa 50 banken bijkomen. Posten van de Bankgiro
centrale, die bestemd zijn voor boerenleenbanken, gaan
niet meer via desbetreffende boerenleenbanken, maar
rechtstreeks naar het computercentrum. Bij girale
salarisbetalingen betekent deze procedure een versnelling
van ongeveer twee dagen.
Bij het administratieve dienstbetoon aan de aangesloten
banken speelt de eigen postdienst een belangrijke rol.
Met ingang van 19 oktober is deze dienst aanzienlijk
uitgebreid. Het aantal routes is gebracht van 9 op 15 en
het aantal netbanken van 116 op 264. Ook voor de niet-
netbanken heeft dit voordelen; hun keuzemogelijkheid
wordt daardoor groter.
Opleiding en voorlichting
De eerste, door onze eigen afdeling Opleiding en
Voorlichting in samenwerking met specialisten van de
centrale bank georganiseerde cursus 'belegging in
effecten' is een succes geworden. In september is weer
een nieuwe cyclus begonnen met ongeveer 120 deel
nemers. Aan de nieuwe boerenleenbankcursus, die in
september in een zevental over het gehele land verspreide
plaatsen is begonnen, nemen circa 125 personeelsleden
van boerenleenbanken deel. De informatiecursussen voor
nieuw baliepersoneel van de aangesloten banken zijn
eveneens hervat. De introductiedagen voor nieuwe
personeelsleden van de centrale bank en de studiedagen
voor de kassiers-directeuren en het hogere personeel van
de aangesloten banken, alsmede onze eigen opleiding
voor hogere bankfunctionarissen, vinden normaal
doorgang. Onlangs is begonnen met een avondcursus,
waarbij personeel van de centrale bank wordt opgeleid
voor het praktijkdiploma boekhouden en moderne
bedrijfsadministratie. Begin oktober is de afdeling
Opleiding en Voorlichting in samenwerking met de
afdeling Verzekeringen begonnen met een eigen cursus
die opleidt tot assurantie-adviseur voor de aangesloten
banken. Daarnaast worden op acht plaatsen in het land
cursussen gehouden die opleiden voor het vak assurantie
bezorger. Van de in het begin van dit jaar voor het eerst
gehouden cursus voor bijkantoorhouders zullen er in de
toekomst 3 a 4 per jaar worden gegeven. Tot de activi
teiten van de afdeling Opleiding en Voorlichting behoort
ook de cursus toerisme, die gegeven wordt in samen
werking met het bureau Reizen. Deze cursus omvat 7 a 8
lesdagen en wordt om de 14 dagen georganiseerd in een
veertiental over het gehele land verspreide cursus
plaatsen. Drie a vier maanden na het einde van de cursus
wordt een herhalingsdag gehouden, waarin praktijk
ervaringen aan de theorie worden getoetst. Tevens vindt
dan een test plaats, waarna bij voldoende resultaat een
certificaat wordt uitgereikt. De eerste cursus toerisme is
in april 1969 begonnen. Reeds hebben 1 500 employés van
de aangesloten banken deze basiscursus gevolgd.
Om al deze activiteiten te kunnen organiseren is de
outillage van de afdeling Opleiding en Voorlichting
aanzienlijk uitgebreid. Er werden nieuwe leslokalen ingericht.
Daarwordtgebruikgemaaktvan de modernste audio-visuele
instructiemiddelen. Het in 1970 gereedgekomen hospitium
aan de Begijnenhof kan onderdak bieden aan een dertigtal
deelnemers aan de studiebijeenkomsten gedurende hun
verblijf in Eindhoven.
Voor de diverse cursussen zijn momenteel vijf vaste
docenten in dienst. Daarnaast worden bijdragen geleverd
door een groot aantal specialisten van de centrale bank
en daarbuiten.
Accommodatie en personeel
De accommodatie van onze banken is weer sterk uit
gebreid en verbeterd; 63 hoofdkantoren werden gebouwd
of verbouwd en er werden 51 nieuwe bijkantoren in
gebruik genomen. Het totaal aantal vestigingspunten van
onze organisatie steeg tot 1150 per eind 1970.
De groei van het aantal personeelsleden van de aan
gesloten banken was met ruim 700 ongeveer even sterk als
in het voorafgaande jaar. Ultimo 1970 waren in totaal
5 304 personen bij de aangesloten banken werkzaam. Bij
de centrale bank waren per die datum 1 163 werknemers
in dienst, zodat het totaal aantal personeelsleden van de
gehele organisatie 6 467 beliep, te vergelijken met 5 544
per eind 1969.
31