gronden ongeveer 33 hoger uitkomt dan de voorheen geldende hoogst toelaatbare grondprijzen, voorzover althans met eventuele bestemmings wijziging geen rekening wordt gehouden. In gebieden, waar met bestem mingswijziging van de grond wel rekening wordt gehouden, is deze waar destijging van de agrarische gronden uiteraard aanmerkelijk hoger. Tijdens het verslagjaar werden hypothecaire leningen afgesloten tot een bedrag van 24,9 [22,0] miljoen. Aan aflossingen op uitstaande leningen werd ontvangen een bedrag van 6,8 [4,6] miljoen, zodat het totale bedrag aan uitstaande hypothecaire leningen steeg met 18,1 [17,4] miljoen tot 87,9 [69,8] miljoen aan het eind van het boekjaar. De rente op de kapitaalmarkt vertoonde in het afgelopen boekjaar gedu rende de eerste zes maanden een licht dalende tendens. In overeenstem ming hiermee kon de pandbriefrente worden verlaagd tot 4% bij een uit- giftekoers van 991/2. In de tweede helft van het jaar viel een stijging van de rente waar te nemen, die nog niet tot stilstand is gekomen. Laatstelijk werden in het boekjaar, waarover dit verslag handelt, voor de per 1 januari 1964 uitgelote pandbrieven nieuwe 41/2 pandbrieven aan geboden tegen een koers van 98%. Deze pandbrieven hadden evenals de afgeloste pandbrieven een looptijd van 25 jaar. Het bedrag van de uit gelote pandbrieven beliep 1,53 miljoen, waarvan per 31 december 1963 312.000 ter conversie was aangeboden. De daling van de rente op de kapitaalmarkt in het begin van het jaar had tot gevolg, dat in mei 1963 de rente voor nieuwe hypothecaire leningen met werd verlaagd. Voor leningen in de landbouw en voor de finan ciering van courant woningbezit kwam als gevolg daarvan de hypotheek rente op 4% en voor leningen gedekt door hypotheek op andere onder panden op 5 Voor gedeelten van leningen boven twee/derde van de onderpandswaarde, die mede door kredietverzekering zijn gedekt, komt daarboven op de premie voor de kredietverzekering, die doorgaans bedraagt. De stijging van de rente op de kapitaalmarkt had tot gevolg, dat tegen het einde van het boekjaar de gemelde renteverlaging voor nieuwe posten ongedaan moest worden gemaakt; voor uitleningen buiten de landbouw, anders dan voor de financiering van woningbezit, werd daarbij de rente verhoogd tot 51/2 In het nieuwe boekjaar moest al spoedig andermaal een renteverhoging worden aangekondigd. Naar de stand per 31 december 1963 beliep de gemiddelde hypotheek rente [inclusief de rente van de hypotheken van de belegde reserve] 4,908 en de gemiddelde rente op pandbrieven en leningen op onder handse schuldbekentenis 4,082 Op basis van de cijfers per 31 decem ber 1963 was derhalve de rentemarge 0,826 te vergelijken met 0,864 per 31 december 1962. De middelen voor het verstrekken van nieuwe hypothecaire leningen, als mede voor aflossing van onderhandse geldleningen en van pandbrieven, werden, behalve uit aflossing op bestaande hypothecaire leningen, ver- 96 kregen door plaatsing van pandbrieven tot een bedrag van 9,4 miljoen en door het afsluiten van leningen op onderhandse schuldbekentenis tot een bedrag van 23,5 miljoen. In verband met de sterke ontwikkeling van de kredietvraag in de laatste jaren wordt het wenselijk geacht de grens van artikel 47 van de statuten [het uitstaand bedrag mag het 15-voud van het geplaatste kapitaal plus reservefonds niet te boven gaan] te verruimen. Aan de aanstaande algemene vergadering zal een voorstel worden voor gelegd om het maatschappelijk kapitaal van onze vennootschap te ver hogen van 10 miljoen tot 15 miljoen en voorts een voorstel om de norm inzake plaatsing van pandbrieven en schuldbekentenissen te brengen op het 25-voud van het geplaatste kapitaal plus reserves. Een overeenkom stige verhoging van deze norm is ook bij de meeste andere hypotheek banken reeds ingevoerd. Blijkens onderstaand overzicht is het bedrag aan uitstaande hypothecaire leningen gedurende het verslagjaar per saldo met een bedrag van 18,1 [17,4] miljoen gestegen. Per 1 januari stonden uit: 1963 1962 3548 [2810] leningen tot een bedrag van 69.808 816 52 434 383 In 1963 werden 855 [870] leningen gesloten tot een bedrag van 24 851065 21 994 252 e ƒ94.659 881 ƒ74 428.635 Geheel afgelost werden 189 [132] leningen tot een bedrag van f 3.378.152 ƒ2.321.867 Aan gedeeltelijke aflos singen werd ontvangen een bedrag van 3.373.694 2.297.952 Per 31 december stond uit 6.751.846* 4 619 819* een bedrag van f 87 908 035 69.808.816 In deze bedragen is begrepen 3.957.126 2.563.262] wegens onverplichte aflossingen. Het aan hypothecaire leningen uitstaand bedrag was per 31 december 1963 verdeeld over 4.214 [3.548] posten. Het gemiddelde van de uitstaande leningen steeg van f 19.700 per 31 december 1962 tot f 20.900 per 31 december 1963. pandbrieven en schuldbekentenissen Het totaal per 31 december 1963 uitstaande bedrag ad 88.745.750 heeft voor f 46.939.500 betrekking op pandbrieven en voor f 41.806.250 op onderhandse schuldbekentenissen. De oorspronkelijke looptijd hiervan is alleen voor de onderhandse schuld bekentenissen korter dan 20 jaren. vaste goederen Onze vennootschap is op generlei wijze betrokken bij de eigendom van onroerende goederen.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Boerenleenbank | 1963 | | pagina 50