MUTATIES IN DE BALANSPOSTEN VAN DE CENTRALE BANK IN 1963
[IN MILJOENEN GULDENS]
TABEL 14
activa passiva
liquiditeiten 73 kapitaal en reserves
effecten 75 boerenleenbanken
beleggingen op lange termijn en hypotheken 11 andere crediteuren
debiteuren 73
overige activa 23
24
213
18
zien en wel van 228 miljoen tot 301 miljoen. Zoals
bekend heeft deze post onder meer betrekking op
de bedrijfsfinanciering van de centrale coöperatieve
instellingen in de landbouw, zowel in de vorm van
rekening-courantkrediet als van leningen op middel
lange termijn. In deze sector beliep de stand van
de debetsaldi ultimo 1963 een bedrag van 134
[116] miljoen. De voorziening in de voortdurend toe
nemende behoefte aan financieringsmiddelen van
deze centrale coöperaties was voor een belangrijk
deel slechts mogelijk door een verdergaand beroep
op kredietmiddelen van de Centrale Bank. Bij be
spreking met besturen en directies van deze coöpe
raties blijven wij bij voortduring de aandacht vragen
voor de noodzakelijke vergroting van het eigen ver
mogen van de coöperaties, die met name zal moeten
plaats vinden door versterking van de open en stille
reserves.
In de post overige debiteuren zijn, behalve de lenin
gen op middellange termijn verstrekt aan coöpera
tieve bedrijven, begrepen onderhandse leningen op
middellange en lange termijn aan hypotheekbanken,
woningbouwmaatschappijen onder garantie van de
particuliere industrie en aan financieringsmaat
schappijen onder garantie van handelsbanken; deze
leningen hebben het karakter van beleggingen.
Van het totaal van de post overige debiteuren had
aan het einde van het verslagjaar 64 [63] miljoen
betrekking op bedrijfsdebiteuren en 161 [107] mil
joen op leningen aan anderen bij wijze van beleg
ging. Tenslotte kan nog worden gewezen op de toe
nemende betekenis van de financiering van land
bouwbedrijven van emigranten in verschillende lan
den van vestiging door het beschikbaar stellen van
leningen op middellange termijn door de Centrale
Bank, waarbij het valuta- en transferrisico ten volle
wordt gedekt door verzekering bij de Nederlandsche
Credietverzekering Maatschappij te Amsterdam.
bedrijfsresultaten
De bedrijfsresultaten van de Centrale Bank over
1963 mogen bevredigend worden genoemd, indien
in aanmerking wordt genomen, dat de gemiddelde
rentevergoeding over de rekening-couranttegoeden
van de boerenleenbanken in 1963 hoger was dan het
jaar tevoren. Daarbij moet ook worden gelet op de
voor de Centrale Bank niet zo gemakkelijke situatie
om bij de wassende vloed van de spaargelden der
boerenleenbanken de door de boerenleenbanken bij
de Centrale Bank gestorte gelden onmiddellijk
rentedragend te doen worden. Gezien de verhou
dingen op de geld- en kapitaalmarkt in het groot
ste deel van 1963 was verbetering van het rende
ment van de beleggingen nauwelijks te verwezenlij
ken. De gemiddelde aan de Centrale Bank verblij
vende rentemarge daalde van 0,953 in 1962 tot
0,940 in het verslagjaar. In hoofdzaak was het de
sterke toeneming van de tegoeden van de aangeslo
ten boerenleenbanken, die tot de betere bedrijfs
resultaten heeft bijgedragen. Het bedrag van de ren
tewinst steeg van 12,5 miljoen in 1962 tot 13,7
miljoen in het boekjaar 1963. Hieronder is begrepen
183.000 [ƒ785.000] terzake van transacties in schat
kistpapier. De provisiebaten stegen tot 1.433.000.
Het voordelig saldo koersverschillen beleggingen ad
43.696 is een gevolg van mutaties in de beleg
gingen.
Uit de verlies- en winstrekening blijkt, dat de be
drijfswinst van de Centrale Bank over het boekjaar
1963, na afschrijvingen doch vóór belastingen, een
bedrag van 9,0 miljoen beloopt [de winst plus de
activa van de coöperatieve centrale boerenleenbank
in miljoenen guldens
liquiditeiten en beleggingen
activa