debetsaldi en creditsaldi in lopende rekening bij de aangesloten boerenleenbanken per 31 december (inclusief rente) in miljoenen guldens 200 50 100 1150 200 credit 250 1954 1955 1956 1957 1958 1959 1960 1961 1962 tot de bank te brengen en wel door een propaganda- actie voor het gebruik van het bank-giroverkeer. BEDRIJFSSPAREN Het bedrijfssparen via de boerenleenbank heeft in het verslagjaar een verdere ontwikkeling te zien ge geven. De wet van 26 oktober 1961, houdende voor zieningen met betrekking tot premiespaarregelingen en winstdelingsspaarregelingen voor werknemers, die op 1 januari 1962 van kracht is geworden, had een bijzonder gunstige invloed hierop. Ingevolge deze wet zijn werkgeverspremies onder bepaalde voor waarden vrij van fiscale en sociale lasten. Zulks be tekent niet alleen een financieel voordeel voor de werknemer, maar ook een belangrijke vereenvoudi ging in de bedrijfsadministratie. Aan het einde van het verslagjaar waren onze boerenleenbanken inge schakeld bij de tenuitvoerlegging van een groot aan tal bedrijfs- en ambtenarenspaarregelingen. BIJZONDERE SPAARVORMEN In december 1962 werd een nieuwe spaarvorm in het leven geroepen, die met ingang van 1 januari 1963 door die plaatselijke boerenleenbanken zou kun nen worden ingevoerd, die hieraan in de praktijk be hoefte zouden hebben. Deze nieuwe spaarvorm, de 4% spaarbank-depositorekening, komt in grote lijnen overeen met de reeds bestaande 3%% deposito rekening met een opzegtermijn van een jaar, met dien verstande, dat de rentevergoeding voor de 4% spaarbank-depositorekening op 1 januari en 1 juli gewijzigd kan worden, zonder dat daarvoor een ren tewijziging voor direct opvraagbare spaargelden noodzakelijk is. De houder van een 4% spaarbank depositorekening heeft echter de mogelijkheid om in geval van een dergelijke rentewijziging terstond over zijn tegoed te beschikken, waarbij hij de opzeg termijn van 1 jaar niet in acht behoeft te nemen. In het verslagjaar zijn er 1.120 verzekerde spaarcer- tificaten geplaatst bij 505 aanvragers. Het grootste gedeelte hiervan kwam voor rekening van de banken gevestigd in steden en op het verstedelijkte platte land. Op het nog overwegend agrarische platteland is deze vorm van sparen minder in trek. Bovendien werd er in de steden een grotere propaganda voor deze spaarvorm gevoerd dan elders. RENTETARIEVEN Voor het jaar 1962 heeft onze instelling aan de Stich tingen Spaarbank van de boerenleenbanken onder staande rentetarieven geadviseerd. Direct opvraagbare gelden 3 Tegoeden op rentespaarboekjes 3%% Tegoeden op beleggingsboekjes 3'/2% Tegoeden op gebonden rekeningen 3%% Deposito's met een half jaar opzegging 3y2% Deposito's met een jaar opzegging 3%% UIT DE ORGANISATIE De gunstige ontwikkeling van de boerenleenbanken in het verslagjaar wordt ook gekenmerkt door het hoge tempo, waarin zij de huisvesting van hun kan toren op hoger peil brengen. In 1962 werden in totaal 46 nieuwe bankgebouwen geopend; 3 gebou wen werden ingrijpend verbouwd. Aan het einde van 1962 bedroeg het aantal bij onze organisatie aange sloten boerenleenbanken 601. Deze banken bezaten op dezelfde datum in totaal 830 vestigingen, met een personeelsbezetting van 1560 leden. De verdeling van het aantal banken over de verschil lende provincies was als volgt: Noord-Brabant 211 Noord-Holland 34 Limburg 162 Zeeland 13 Gelderland 75 Utrecht 9 Overijssel 49 Drenthe 7 Zuid-Holland 34 Friesland 7

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Boerenleenbank | 1962 | | pagina 28