36
L
streeks ten behoeve van land- en tuinbouw bleef zich bewegen tussen 55 en 60%. In de toe
nemende vraag naar voorschot en krediet bij de boerenleenbanken blijft dus de financiering
van de land- en tuinbouwbedrijven en van hun coöperaties en instellingen haar evenredig deel
vragen. Hierbij vormen de kredieten in lopende rekening en de bedrijfsvoorschotten met
middellange looptijd ruim de helft van het voor deze financiering goedgekeurde bedrag.
Verdeling van de uitstaande voorschotten en kredieten naar bestemming
en in procenten per 31 december 1959
(in duizenden guldens)
(in procenten)
Hypotheek
Borg
Diversen
Totaal
1958
1959
Voorschotten:
Personen (agrariërs)
Landbouwcoöp. en Verenigingen
Personen (niet-agrariërs)
Kerkbesturen e.d.
Gemeenten en Waterschappen
252.173
13.130
139.742
11.930
34.982
16.808
29.611
1.925
2.844
846
1.419
20.575
289-999
30.784
170.772
13.855
20.575
55%
5%
32%
3%
5%
55%
6%
32%
3
4%
Totaal voorschotten
416.975
83.326
25.684
525.985
100%
100%
Debetsaldi op lopende rekening:
Personen (agrariërs)
Landbouwcoöp. en Verenigingen
Personen (niet-agrariërs)
Kerkbesturen e.d.
Gemeenten en Waterschappen
41.819
4.317
14.827
443
15.113
18.649
2.159
3.733
1.370
2.448
848
58.302
22.966
19.434
4.176
848
52%
25%
16
5%
2%
55%
22%
18%
4%
1%
Totaal kredieten
61.406
39-654
4.666
105.726
100%
100%
In de loop van het jaar 1959 kwam in overleg met de centrale coöperaties voor de aan- en
verkoop en met die voor de veeafzet een regeling tot stand, waardoor bij de boerenleenbanken
op eenvoudige wijze financiering kan worden verkregen voor het mesten van varkens op basis
van leveringscontracten met de veeafzetcoöperaties. Het waren vooral de genoemde centrale
coöperaties, die behoefte eraan gevoelden deze financieringsvorm te kunnen stellen tegenover
het in omvang toenemende mesten van varkens op contract voor particuliere veeverwerkings
bedrijven met gelijktijdige binding van de boer ten aanzien van de voederleverantie en de
financiering. De nieuwe financieringsvorm bleek in een behoefte te voorzien en in de daarvoor
in aanmerking komende streken werd daarop in belangrijke mate een beroep gedaan.
De gevolgen van de aanhoudende droogte en de daaruit te verwachten liquiditeitsspannin
gen bij vele landbouwbedrijven deden de in aanmerking komende boerenleenbanken, overeen
komstig het advies van de Centrale Bank, ertoe overgaan in het Huishoudelijk Reglement het
maximum-bedrag te verhogen waarvoor overeenkomstig artikel 49, lid 2 der Statuten kredieten
kunnen worden gegeven, zonder uitdrukkelijke zekerheid, doch op basis van de te verwachten
bij de boerenleenbanken op lopende rekening binnenkomende bedrijfsontvangsten. Van deze
kredietmogelijkheid wordt in toenemende mate gebruik gemaakt.
De mogelijkheden tot financiering van glasopstanden van tuinbouwbedrijven, waarvan de
grond slechts in pacht is verkregen, worden ernstig beperkt door de hier te lande geldende
wettelijke voorschriften. Het verheugt ons. dat de Commissie Landbouwkrediet in een interim
rapport de aandacht heeft gevraagd voor voorstellen tot wijziging van de Pachtwet en van het
Ontwerp tot vaststelling van een nieuw Burgerlijk Wetboek. Indien aan deze voorstellen gevolg
VERSTREKTE VOORSCHOTTEN EN AFLOSSINGEN
OP VOORSCHOTTEN BIJ DE AANGESLOTEN
BOERENLEENBANKEN
(in millioenen guldens)
aflossingen
I versfrekfe voorschoffen
20 40 60 80 100 120 140 160 180
De cijfers in de groene sfaven geven aan de aflossingen uifgedrukf in procenten van de
verstrekte voorschotten.
37