Spaarte
%oed bij de Rijkspostspaarbank, Alg
en Boerenleenbanken
(inclusief rente)
emene Spaarbanken
Inleggerstegoed (X i millioen)
In
procenten van het totaal
Jaar
R.P.S.
Algem.
Spaarb.
I Boeren
leenbanken
Totaal
R.P.S.
Algem.
Spaarb.
Boeren
leenbanken
1950
1951
1952
!953
J954
*955
1956
.957
1.365
1.298
1.338
1.402
I-5°3
1.697
1.913
ï-957
1.117
1.104
1.188
1.367
1.603
1.857
2.010
2.002
1.572
1.581
I-7I5
1.874
2.046
2.287
2.465
2.689
4.054
3-983
4.241
4-643
5.152
5.841
6.388
6.648
33>7
32,6
31,6
30,2
29,2
29,1
30,0
29»4
27,5
27.7
28.0
29.4
31'1
31.8
3M
30.1
38,8
39.7
40.4
4°,4
39.7
39.1
38,6
40.5
In 1957 was het totale spaartegoed over de vier spaarinstellingen als volgt verdeeld:
Rijkspostspaarbank 29,4% (30,0%), Algemene Spaarbanken 30,1% (31,4%) boerenleen
banken 40,5% (38,6%).
Het zou niet juist zijn uit deze ontwikkeling te concluderen, dat de uitkomsten van de agra
rische bedrijven in het jaar 1957 gunstig zijn geweest. Eerder ligt het voor de hand te veron
derstellen, dat een aanzienlijk deel van de aan de boerenleenbanken toegevloeide spaargelden
afkomstig is van niet-agrariërs. De grote toeneming van het aantal spaarders nl. van 481.000
per ultimo 1956 tot 607.000 per ultimo 1957 bij de boerenleenbanken van de groep Eindhoven
wijst in deze richting. Ook de daling van het gemiddeld tegoed per spaarboekje bij deze boeren
leenbanken nl. van 1.781,in 1956 tot 1.593,*n *957 spreekt voor deze opvatting.
S paar saldi, inlagen
en terugbetalingen
van de gezamenlijke
spaarinstellingen
In millioenen guldens
In procenten van het saldo per
januari
Spaarsaldo
Inlagen
Terugbetalingen
1956
1957
1956
1957
1956
1957
januari
99.2
54.o
4.73
4,59
3.03
3,74
februari
87.3
41,0
3,98
3,95
2,48
3,30
maart
28,9
12,8
3,68
3,56
3.17
3,76
april
2.3
23,6
3,49
3,37
3,46
3,74
mei
65.7
33.4
4.79
4,38
3,66
3,86
juni
46,3
21,2
4.03
3,53
3.27
3,20
juli
46.5
39.9
4,09
4,29
3,30
3,67
augustus
65.5
42,3
4,26
4,05
3,14
3,39
september
9.4
4.8
3.52
3,43
3,36
3,35
oktober
2.7
25,4
3,71
3.57
3.67
3,96
november
37.4
60,4
3,45
3,73
4,08
4,70
december
20,0
25,4
3.59
3,59
3,90
3,96
Totaal
396,4
89,0
47,20
45,96
40,54
44,61
Gemiddeld
per maand
33.0
7.4
3,93
3,83
3,38
3,72
16
SPAARTEGOEDEN BIJ DE VERSCHILLENDE SPAARINSTELLINGEN
(in millioenen guldens)
Totaal
Boeren
leenbanken
2200
Algemene
Spaarbanken
Rijkspost
spaarbank
1800
Utrecht
1950 1951 1952 1953 1954 1955 1956 1957
17