56
Aan de Boerenleenbanken, aangesloten bij
de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank
te Eindhoven
Accountantsverklaring
57
Reserve voor belastingen. Betaald zijn de definitieve aanslagen tot en niet belastingjaar
1952 en de voorlopige aanslagen tot en met belastingjaar 1954.
Boerenleenbanken 4% deposito-rekening. Tot een beperkt bedrag zijn boerenleenbanken in
staat gesteld tot storting op een 4% deposito-rekening met een maand opzegging bij de Cen
trale Bank.
Andere deposito's. Betreft deposito's op termijn van relaties.
Bankiers in binnen- en buitenland. Hieronder is begrepen het tegoed van de N.V. Gemeen
schappelijk Bankkantoor tot een bedrag van 8.796.808,07.
Diverse rekeningen. Betreft lopende rente.
Gestelde borgtochten. Dit bedrag geeft aan het totaal der door ons voor derden gestelde
borgtochten, vrijwel uitsluitend ten behoeve van publiekrechtelijke lichamen.
Voorstel tot winstverdeling. Het beschikbare winstsaldo bedraagt
Wij stellen U voor dit aan te wenden als volgt:
Uit te keren een dividend van 6%, conform art. 49"2
Van het resterende bedrag ad
komt conform art. 49':
Aan de gemeenschappelijke Reserve 10% 25.383,48
Aan het reservefonds 228.451,34
292.204,82
38.370,—
253.834,82
253.834,82
Eindhoven, Maart 1955.
Het Bestuur:
A. N. Fleskens, Voorzitter
Jhr Mr J. Th. M. Smits van Oyen, Ondervoorzitter
Th. P. H. Rutten
Jhr Mr F. J. M. van Nispen tot Sevenaer
Mr Edm. Delhougne
Wij hebben de eer U te berichten, dat wij ter voldoening aan artikel 24-20 der Statuten de
Verlies- en Winstrekening en de Balans per 31 December 1954 met het bijbehorende Verslag
van het Bestuur en het voorstel ter bepaling van het dividend hebben onderzocht. Het on
derzoek van de Balans met de Verlies- en Winstrekening is op grond van artikel 26-2° der
Statuten opgedragen aan een uit ons midden gevormde Commissie van Advies. Deze Com
missie bestaat uit de Heren Mr P. W. H. Truyen, C. Moors en G. W. Kampschöer, terwijl
voor geval van verhindering als plaatsvervangers zijn aangewezen de heren H. F. van Haaren
en J. G. A. Opfergelt.
De Commissie van Advies rapporteerde ons d.d. 6 April 1955 als volgt:
Ter voldoening aan artikel 26 lid 2 der statuten hebben wij de Balans met de Verlies- en Winst-
rekening over het afgelopen boekjaar 1954 onderzocht.
Bij dit onderzoek lieten wij ons voorlichten en bijstaan door de door U aangewezen Accountants-
^OpTron'dl'an q°s voornoemd onderzoek, dat met volle medewerking van Bestuur en Directeuren
plaats vond, hebben wij de overtuiging gekregen, dat de Balans per 31 December 11954 Me bij
behorende Verlies- en Winstrekening de juiste toestand der Bank wedergeven en dat de administratie
met grote nauwkeurigheid wordt gevoerd.
Mede op grond van dit rapport stellen wij Uwe Algemene Vergadering voor ter décharge
van het Bestuur en van onszelve de Balans per 31 December 1954, de Verlies- en Winstreke
ning, het dividendvoorstel en de andere daarbij behorende stukken goed te keuren.
In de Algemene Vergadering van 10 Mei 1954 werden tot leden van onze Raad van Toe
zicht herkozen de heren Mr P. W. H. Truyen, H. F. van Haaren en Jos. Zegers.
Dit jaar zijn volgens rooster aan de beurt van aftreden de heren C. Moors, A .H. Lohuis,
G. W. Kampschöer en C. J. Biemond.
Tot aanvulling dezer vacatures zal gelegenheid worden gegeven.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 12 April 1955.
De Raad van Toezicht:
Mr P. W. H. Truyen, President
C. Moors, Vice-President
Ondergetekenden verklaren, dat zij de boekhouding van de Coöperatieve Centrale Boeren
leenbank te Eindhoven over het jaar 1954 alsmede de achterstaande Balans en Verlies- en
Winstrekening hebben gecontroleerd.
Op grond van hun onderzoek zijn zij van mening, dat genoemde stukken de vermogenstoe
stand per 31 December 1954 en de behaalde resultaten over 1954 juist weergeven.
Accountantskantoren Nijst Co.,
Cornelisse
Eindhoven, 22 Maart 1955.