44 LJ ^.r_v 45 doeling hiervan is om tot een veelvuldiger contact te komen met de boerenleenbanken, die in de provincies Noord- en Zuid-Holland gevestigd zijn. Inspectie. De Inspectiedienst heeft een veelomvattende taak. Zij verricht de controle op het beheer en de administratie der aangesloten banken, geeft adviezen bij de inrichting en ver nieuwing van de administratie en in bijzondere gevallen bij de voorschot- en credietverlening. Ook heeft de inspectiedienst een aanvullende taak bij de voorlichting door het houden van spreekbeurten op de jaarlijkse algemene vergadering der aangesloten banken en op vergade ringen van andere economische organisaties van boeren en tuinders. Met de beheerders van deze laatste instellingen worden besprekingen gevoerd om tot een nauwere samenwerking te komen. Het is vooral aan deze nauwere samenwerking te danken, dat de girale geldomzetten op onze banken nog steeds een stijging vertonen. Steeds meer boeren en tuinders onderhou den naast een spaarrekening of voorschotrekening een rekening-courant bij hun plaatselijke boerenleenbank. De ontwikkeling van zaken bij de boerenleenbanken heeft tot gevolg, dat de gemiddelde tijdsduur, die een inspectie vergt, van jaar tot jaar toeneemt. Daar in het voorafgaand verslag jaar werd voorzien, dat met de bestaande personeelbezetting het aantal inspectiedagen niet kon worden opgevoerd, is reeds in 1954 een aanzienlijke versterking van het inspecteurs corps tot stand gebracht. Aangezien deze nieuwe krachten allen een inwerk-periode moeten doormaken, zijn de resultaten van deze uitbreiding eerst in 1955 te verwachten. In het afgelopen verslagjaar werden 468 banken geïnspecteerd over het boekjaar 1953 en 69 over het boekjaar 1952. Aan deze inspecties ging een niet aangekondigde onverwachte kas opname vooraf. Los van deze kasopnamen bij de jaarlijkse inspectie werden nog 72 onver wachte kasopnamen verricht, terwijl bij 21 boerenleenbanken een buitengewone inspectie werd gehouden, waarbij alle door de betreffende boerenleenbank in omloop gebrachte spaar-, voor schot- en lopende rekeningboekjes met de administratie der bank werden vergeleken. Cursussen. In het verslagjaar werden zowel de sedert 1952 aangevangen voorjaarscursus, alsmede de van ouds bestaande najaarscursus gehouden. De voorjaarscursus werd door de le den der Directie op 17 plaatsen, over het gehele land verspreid, gegeven en wel gedurende een halve dag. Op deze voorjaarscursus was het voornaamste agenda-punt de bespreking van het concept-jaar verslag van de Centrale Bank. Daarnaast werd de wijziging van het Huishou delijk Reglement der Centrale Bank behandeld. De najaarscursus werd gehouden op 27 plaatsen. Zij duurde een gehele dag en werd door de Directie en door de Inspectiedienst gegeven. Daarbij werd vooral aandacht geschonken aan de crediet- en voorschotverlening, mede in verband met de activiteiten van het Borgstellings fonds voor de Landbouw en van de z.g. Waarborg-instituten. Met voldoening mogen wij ook thans wederom constateren, dat zowel de voor- als najaars cursus in 1954 druk werden bezocht en dat zij zich hebben gekenmerkt door een geanimeerde gedachtenwisseling. Voorlichting en Propaganda. Gedurende het verslagjaar 1954 viel bij de plaatselijke boe- renleenbanken een toenemende belangstelling op het gebied van de voorlichting en propagan da waar te nemen, terwijl steeds meer gebruik werd gemaakt van de diensten en propaganda middelen, welke de Centrale Bank ter beschikking kon stellen. Jong gespaard, oud verzorgd! yisjopep .mop ojijodilvuoi KANTOORUREN: MAANDAG- 4-7 UUR WOENSDAG: 2-7 UUR OONDERDAB- 4-7 UUR Advertenties: Bij het opstellen van de nieuwe adver- tentie-serie voor 1954 werd gebruik gemaakt van de adviezen, welke door de centrale propaganda-commissie naar voren werden gebracht. De advertenties vestigden in de land- en tuinbouwpers de aandacht op de boeren leenbank als spaarbank en als giro-instelling voor boeren en tuinders. Daarnaast werd mede op initiatief van de centrale propaganda-commissie de aandacht van het krantenlezend publiek regelmatig gevestigd op de bete kenis van de boerenleenbank als spaarbank voor de eigen plaats en streek. Door enkele regionale propaganda- commissies werd de eerste stoot gegeven tot een geza menlijke gewestelijke advertentie-campagne van de in het gewest gevestigde boerenleenbanken. Door de Cen trale Bank en de aangesloten boerenleenbanken werden talrijke advertenties geplaatst in extra-edities van de land en tuinbouwbladen en in speciale gelegenheidsuitgaven. Naamplaten en affiches: De toenemende behoefte aan publiciteit bracht in het afgelopen jaar vele boeren leenbanken er toe om naamplaten met de opentellings- uren aan te brengen aan de gevels van hun kantoren. Ook werd ruim gebruik gemaakt van de raamaffiches en van de aankondiging „Sparen weert Zorg", terwijl een tweede affiche „Meer welvaart, meer koopkracht en meer werkgelegenheid" op het einde van het jaar voor verspreiding gereed kwam. Folders: De folderreclame, zowel in de vorm van de huis aan huis verspreiding als van de meer gerichte verpreiding, nam in het verslagjaar wederom in om vang toe. De folder „De boerenleenbank een instelling WÊmmÊÊmmmmm met een sociaal doel" bestemd voor leden en geïnteres seerden en de folder „Sparen brengt Welvaart", gericht op de spaarwerving in het algemeen, bereikten tezamen een oplage van ruim 250.000 exemplaren. Hiernaast trachtten talrijke boe renleenbanken met succes het jeugd- en schoolsparen te bevorderen met de folder 1 1=3, en het bedrijfssparen door middel van de folder: „Zorg dat U wat geld achter de hand hebt". Het aantal boerenleenbanken, dat een gratis eerste spaarinlage ter beschikking stelt van pasgeborenen steeg dit jaar aanmerkelijk, terwijl het sparen bij de schoolvrije jeugd werd bevorderd door het uitreiken van spaarbusjes.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Boerenleenbank | 1954 | | pagina 23