38
Accountantsverklaring
39
Gemeenschappelijke Reserve:
Saldo per 31 December 1951 I458-497>55
Uit de winst van 1951 werd daarbij gevoegd 11.835,14
Bijdrage van de boerenleenbanken 70.265,82
Saldo per 31 December 1952 1.540.598,5:1:
Effectenreserve:
Saldo per 31 December 1952 4.500.000,
Reserve voor belastingen: betaald zijn de definitieve aanslagen tot en met belastingjaar 1949 en
de voorlopige aanslagen tot en met belastingjaar 1952.
Andere deposito's: betreft deposito's op termijn van relaties.
Diverse rekeningen: betreft lopende rente.
Gestelde borgtochten: Dit bedrag geeft aan het totaal der door ons voor derden gestelde borg
tochten, vrijwel uitsluitend ten behoeve van publiekrechtelijke lichamen.
Voorstel tot Winstverdeling
Het beschikbare winstsaldo bedraagt
Wij stellen U voor dit aan te wenden als volgt:
Uit te keren een dividend van 69f (Maximum over t gestorte kapitaal) conform art. 49
Van het resterende bedrag ad
komt conform art. 49':
aan de Gemeenschappelijke Reserve 10% 5-52B31
aan het Reservefonds 49-Ö9U75
Eindhoven, Maart 1953
Het Bestuur:
A. N. Fleskens, Voorzitter
Jhr Mr J. Th. M. Smits van Oyen, Ondervoorzitter
Th. P. H. Rutten
Jhr Mr F. J. M. van Nispen tot Sevenaer
Mr Fdm. Delhougne
71.905,06
- 16.692,
55'2I3>°6
55-2I3>°6
Aan de Boerenleenbanken, aangesloten bij
de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank
te Eindhoven
Wij hebben de eer U te berichten, dat wij ter voldoening aan artikel 24-20 der Statuten de Ver
lies- en Winstrekening en de Balans per 31 December 1952 met het bijbehorende Verslag van het
Bestuur en het voorstel ter bepaling van het dividend hebben onderzocht. Het onderzoek van de
Balans met de Verlies- en Winstrekening is op grond van artikel 26-2° der Statuten opgedragen
aan een uit ons midden gevormde Commissie van Advies. Deze Commissie bestaat uit de Heren
Mr P. W. H. Truyen, C. Moors en Arnold Smits, terwijl voor geval van verhindering als plaats
vervangers zijn aangewezen de heren G. W. Kampschöer en H. F. van Haaren.
De Commissie van Advies rapporteerde ons d.d. 31 Maart 1953 als volgt:
Ter voldoening aan artikel 26 lid 2 der statuten hebben wij de Balans met de Verlies- en Winstrekening over
het afgelopen boekjaar 1952 onderzocht.
Bij dit onderzoek lieten wij ons voorlichten en bijstaan door de door U aangewezen Accountantskantoren
Nijst Co.
Op grond van ons voornoemd onderzoek, dat met volle medewerking van Bestuur en Directeuren plaats vond,
hebben wij de overtuiging gekregen, dat de Balans per 31 December 1952 met de bijbehorende Verlies- en Winst
rekening de juiste toestand der Bank wedergeven en dat de administratie met grote nauwkeurigheid wordt gevoerd.
Mede op grond van dit rapport stellen wij Uwe Algemene Vergadering voor ter décharge van
het Bestuur en van onszelve de Balans per 31 December 1952, de Verlies- en Winstrekening,
het dividendvoorstel en de andere daarbij behorende stukken goed te keuren.
In de Algemene Vergadering van 19 Mei 1952 werden tot leden van onze Raad van Toezicht
herkozen de heren C. Moors, A. H. Lohuis en G. W. Kampschöer; ter voorziening in de vacature,
ontstaan door het zich niet meer herkiesbaar stellen van de Heer C. W. Leentvaar werd gekozen
de Heer C. J. Biemond.
Dit jaar zijn volgens rooster aan de beurt van aftreden de heren J. B. van Kampen, J. G. A.
Opfergelt en P. J. Thijssen.
Tot aanvulling dezer vacatures zal gelegenheid worden gegeven.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 13 April 1953.
De Raad van Toezicht:
Mr P. W. H. Truyen, President
C. Moors, Vice-President
Ondergetekenden verklaren, dat zij de boekhouding van de Coöperatieve Centrale Boerenleen
bank te Eindhoven over het jaar 1952 alsmede de achterstaande Balans en Verlies- en Winstre
kening hebben gecontroleerd.
Op grond van hun onderzoek zijn zij van mening, dat genoemde stukken de vermogenstoestand
per 31 December 1952 en de behaalde resultaten over 1952 juist weergeven.
Accountantskantoren Nijst Co.,
CORNELISSE
Eindhoven, 25 Maart 1953.