24 Mede onder invloed van de hiervoor aangeduide verschuivingen onderging het beleggings- V3n de CentraIe Bank in de vi)f verstreken na-oorlogse jaren geleidelijk een aanmerkelijke wijziging, zoals blijkt uit het hiernavolgende ONTWIKKELINGSBEELD VAN DE ACTIVA VAN DE CENTRALE BANK. (in millioenen guldens) 25 De toeneming van de uitzettingen bij de Centrale Bank alsmede het enigszins betere rende ment op de verschillende posten, deed aan de Centrale Bank een hogere rentewinst verblijven dan in het voorafgaande jaar, ondanks de verhoging van de rente, die aan de boerenleenbanken werd vergoed. De rentewinst steeg van 1,5 tot 2,3 millioen. Ook de provisie-inkomsten vertoonden een lichte stijging; daartegenover liepen de „andere baten", die in hoofdzaak betrekking hebben op koerswinsten bij uitloting of verkoop, terug. Na reservering tegenover debiteuren en deelnemingen van een bedrag van 400.000,— en ten einde te eniger tijd enigszins ingrijpende voorzieningen in verband met de personeelsuitbreiding te kunnen opvangen voor gebouwen van een bedrag van 75.000,— alsmede na reservering van een bedrag van 650.000,voor verschuldigde belasting, resteert, nadat is rekening gehouden met het voorstel om het Pensioenfonds met 75.000,— te do teren, een winstsaldo van 492.096,(vorig jaar 470.621,94). Voor de in het afgelopen jaar in onze landbouwcredietorganisatie bereikte resultaten zijn wij beheerders en kassiers van de plaatselijke boerenleenbanken, alsmede het personeel van de Centrale Bank uitermate erkentelijk; opnieuw is bij de invoering van de credietbeperkingsmaatregelen evenals indertijd bij de geldsaneringsmaatregelen gebleken, dat door de samenwerking van plaatselijke boe renleenbanken en Centrale Bank zelf de kleinste boerenleenbank mee kan met de eisen, die heden ten dage aan het Nederlandse bankwezen worden gesteld. Gaarne zeggen wij allen dank voor hun toewijding aan de belangen van onze landbouwcredietorganisatie. ORGANISATIE EN WERKZAAMHEID VAN DE CENTRALE BANK. Bestuur. In 1950 werden, behalve de Bestuurscommissievergaderingen, 19 vergaderingen van het Bestuur gehouden. In de algemene vergadering van 8 Mei 1950 werd het aftredend lid van ons College, de Heer Jhr. Mr. F. J. M. VAN NISPEN TOT SEVENAER, herbenoemd. Thans is aan de beurt van aftreden de Heer Jhr. Mr. J. Th. M. SMITS VAN OYEN. Tot aanvulling van deze vacature zal gelegenheid worden gegeven. Directie. Met ingang van 1 Januari 195! verliet wegens het bereikt hebben van de pensioen gerechtigde leeftijd Dr. Mr. L. van Hussen de dienst als directeur van de Centrale Bank. Wij wil len niet nalaten ook te dezer plaatse onze erkentelijkheid tot uitdrukking te brengen voor de grote toewijding, waarmede hij de belangen van onze landbouwcredietorganisatie en daarmede van land en tuinbouw heeft gediend. In verband met het vertrek van Dr. Mr. L. van Hussen als Directeur van de Centrale Bank werd overgegaan tot de aanstelling van een onder-directeur. Als zodanig werd met ingang van 1 Januari 1951 benoemd de Heer Drs. F. P. J. Bakx. Bijkantoren en Agentschappen. Met ingang van 3 Januari j.1. werd te Arnhem een Bijkan toor van onze Centrale Bank geopend, nadat in de loop van 1947 werd overgegaan tot het stichten van een Agentschap te Roermond. Heeft dit Agentschap in het bijzonder tot taak in het kasverkeer een meer doeltreffend dienstbetoon te verleenen aan de in het gebied van de Limburgse Land- en Tuinbouwbond en in het bijzonder te Roermond gevestigde economische instellingen van land- en tuinbouw, het Bijkantoor te Arnhem heeft in de eerste plaats de opdracht om de boerenleenbanken terzijde te staan in haar administratieve taak, diemet de dag meer verzwaart. Daarnaast is het Bij kantoor te Arnhem eveneens ingericht op de verlening van dienstbetoon in het betalingsverkeer aan de in het gebied van de Aartsdiocesane R.K. Boeren- en Tuindersbond gevestigde economische instellingen. Inspectie. Met voldoening kan worden geconstateerd, dat de leden onzer aangesloten Boe renleenbanken en ook de economische instellingen van de boeren en tuinders, zoals veilingen, zuivel fabrieken enz. in stijgende mate van de diensten der Boerenleenbanken gebruik gingen maken. 194? 1940 1950 liquiditeiten tOOOOOI Debiteuren Sffectenfonds Overiqe Activa. Andei e 3e2eyj. itzózeéémpe*.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Boerenleenbank | 1950 | | pagina 13