DE GANG VAN ZAKEN BIJ DE CENTRALE BANK.
22
De stijging van de bij de boerenleenbanken uitstaande voorschotten en credieten kon slechts
voor een klein gedeelte worden gefinancierd met de toeneming van de tegoeden op spaar- en lopende-
tekening. Voor de financiering van het merendeel der opgenomen credieten en voorschotten moesten
de boerenleenbanken derhalve terugvallen op haar tegoeden bij de Centrale Bank, zoals blijkt uit de
terugloop van de
TEGOEDEN DER AANGESLOTEN BOERENLEENBANKEN BIJ DE CENTRALE BANK.
(in guldens)
Deposito met 1 jaar opzegging
Deposito met 6 mnd. opzegging
Rekening-courant
1949
34.263.220
196.000
445.172.479
479.631.699
1950
41.202.020
721.200
413.236.132
455.159.352
Ten einde de boerenleenbanken in staat te stellen de hogere rentelast op te vangen, die het
gevolg was van het ook in het verslagjaar voortgezette proces van de omschakeling van de laag ren
tende geblokkeerde en optie-gelden via beleggingsrekening in hoger rentende vrije spaargelden, werd
de rente op de rekening-courant der boerenleenbanken bij de Centrale Bank verhoogd van 2,375
tot 2,4%; de rentevergoeding voor de deposito's op termijn werd meer aanzienlijk verhoogd en wel
voor deposito's met 6 maanden opzegging van 2,50 tot 2,75% en voor deposito's met een opzegter
mijn van een jaar van 2,75 tot 2,875%. De boerenleenbanken mogen slechts deposito's op termijn bij
de Centrale Bank aanhouden, voor zover overeenkomstige deposito's van haar cliënten daartegen
over staan. Het succes van deze renteverhoging blijkt uit de toeneming der termijndeposito's.
Vergeleken met het voorafgaande jaar liep de post Schatkistpapier bij de Centrale Bank niet
onaanzienlijk terug. De daling van het tegoed bij 's Rijks Schatkist heeft uitsluitend betrekking op
de omzetting van de rekening „Deelneming in leningen" in obligaties van de Staat; de stijging van
het effectenfonds vindt daarin tegelijk haar verklaring. De post kasgeldleningen, in hoofdzaak aan
gemeenten, onderging een lichte uitbreiding. Hetzelfde geldt voor de beleggingen op lange termijn,
bestaande uit geldleningen aan publiekrechtelijke of semi-publiekrechtelijke lichamen dan wel onder
garantie van publiekrechtelijke lichamen.
De prijsstijging der voorraden en grondstoffen in het bijzonder van meststoffen en veevoe
ders had tot gevolg, dat door de centrale coöperatieve verwerkings-, afzet en handelsinstellingen van
land- en tuinbouw een toenemend beroep op rekening-courant-crediet van de Centrale Bank werd
gedaan. De post debiteuren in rekening-courant steeg van 22,5 millioen per ultimo 1949 tot 33
milhoen op het einde van 1950. De toenemende betekenis van het coöperatieve landbouwcrediet
voor de ontwikkeling van de bedrijven der coöperatieve organen, die boer en tuinder in zijn bedrijfs
voering terzijde staan, springt daarmede in het oog. De beheerders van deze instellingen dienen echter
wel te bedenken, dat het crediet van de Centrale Bank niet bij voortduring de oplossing kan bieden
voor de financieringsmoeilijkheden, die uit de prijsstijging voortvloeien. Zulks kan slechts het geval
zijn, voor zover de eigen kapitaalstructuur van de coöperatieve bedrijven voor een dergelijke crediet-
financiering ruimte biedt. Deze instellingen zullen dan ook niet eraan kunnen ontkomen om even
redig met de toeneming van haar financieringsbehoeften haar kapitaalsgrondslag door uitbreiding
van de aansprakelijkheidsbasis, gepaard gaande met aantrekking van kapitaalmiddelen dan wel ge
volgd door inhouding geheel of gedeeltelijk van nabetalingsgelden, te verbreden. Hetzelfde geldt,
"dien ook meer en meer beroep wordt gedaan op het investeringscrediet van de Centrale Bank, zo-
23
als voor nieuwbouw van silo's en van veilingen en voor uitbreiding en modernisering van de appa
ratuur van de coöperatieve zuivelindustrie, hetgeen in het verslagjaar aan de orde van de dag was.
In de gevallen, waarin een behoorlijke kapitaalsbasis aanwezig was, kon door verstrekking van
doorgaans door hypotheek gedekte geldleningen op langere termijn ook in deze financieringsbe
hoefte worden voorzien; de post overige debiteuren, die steeg van 13,9 millioen tot 27,3 millioen
heeft daarop betrekking. In onderstaande kolom-statistiek wordt de uitzetting van de post „debi
teuren" van de Centrale Bank in beeld gebracht.
60
50
40
30
20
-10
ONTWIKKELING VAN DE POST „DEBITEUREN" VAN DE CENTRALE BANK.
(in millioenen guldens)
1946
1947
1948
1949
1950