6 de voorafgaande jaren in onze landbouwcrediet-organisatie bijzondere aandacht was besteed aan het girale betalingsverkeer. De lawine van giro-opdrachten waarbij o.m. aan de omzetten der eco nomische instellingen van den landbouw valt te denken die bij onze Centrale Bank binnenkwam, toen het betalingsverkeer in contanten ophield en tegelijkertijd de Postcheque- en Girodienst uitviel, kon eerst geleidelijk worden afgewerkt; een belangrijke uitbreiding van personeel bij onze giro-afdee- ling stelde ons echter in het loopende jaar weer spoedig tot een prompte uitvoering in staat. Nog altijd wordt het werk bij onze landbouwcredietorganisatie gekenmerkt door de toepassing van de zich steeds wijzigende geldsaneeringsmaat regelen, die niet beperkt zijn gebleven tot het be talingsverkeer, doch thans ook het terrein van het crediet- en kapitaalverkeer bestrijken. De bezwaren van de voortgezette geldsaneering treden aan den dag, nu de waarschijnlijk in den aanvang te vlotte deblokkeering, waarvan de landbouw niet voldoende heeft kunnen profiteeren, in den weg schijnt te staan aan een verdere deblokkeering, waardoor de financiering van de oogstvoorbereiding in het loopende jaar kan worden belemmerd. Ook schijnt de breideling van het kapitaalverkeer in den land bouwsector, waarin vrijwillige desinvesteering niet behoeft te worden gevreesd, het doel voorbij te schieten, indien daardoor wordt verhinderd, zooals thans voorkomt, dat de productiemiddelen in han den komen van hen, die bij definitief bezit ervan, hun beste zorgen daaraan zullen geven en dan ook de hoogste opbrengsten zullen verkrijgen. Voor de bij onze Centrale Bank beschikbare middelen werd belegging gevonden op de geld markt, in den vorm van schatkistpapier, waarvan echter de tarieven in den loop van het jaar werden verlaagd. Voor een bedrag van f 1.000.000— (een millioen gulden) werd deelgenomen in het prefe rente kapitaal van de in October j.1. opgerichte Maatschappij voor de Financiering van het Na tionale Herstel N.V. (Herstelbank). Met deze instelling is overleg gaande omtrent bijzondere finan cieringsmaatregelen ten behoeve van het agrarisch bedrijfsleven in de geteisterde streken van ons land, waarvan de uitvoering zal geschieden door tusschenkomst van onze Centrale Bank en de aange sloten Boerenleenbanken. In de laatste maanden van het verslagjaar begon zich een geleidelijk toe nemende credietvraag te openbaren, welke ook in het nieuwe jaar bleef aanhouden. Het resultaat van het boekjaar 1945 was niet onbevredigend. Hooge belastingdruk en toe genomen werkzaamheden waren oorzaak van de stijging van het onkosten-cijfer. Evenals bij tal van andere instellingen is in verband met een aanzienlijk tekort in het pensioenfonds een voorziening noodzakelijk, met het oog waarop wordt voorgesteld, ten laste van de jaarwinst een bedrag van f 250.000.in dit fonds te storten. De gewijzigde omstandigheden zullen bovendien een verhooging van de gebruikelijke jaarlijksche bijdrage voor de toekomst noodig maken. Gelijk in andere jaren wordt ten laste van de Verlies- en Winstrekening gebracht een bedrag van f 10.000,als storting in het Steunfonds Boerenleenbanken. Voorts wordt overeenkomstig de in de algemeene vergadering van het vorige jaar gedane toezegging een bedrag uitgetrokken ter tegemoetkoming in de door de Boerenleenbanken geleden oorlogsschade in het bijzonder door het verloren gaan van contanten. Een bijzondere voorziening tenslotte betreft de dotatie van f 100.000,voor hulpverleening aan het door oorlogsgeweld geteisterde agrarische bedrijfsleven. Vennootschapsbelasting 1944 en vermogens- en ondernemingsbelasting 1945 zijn geheel ten laste van de Verlies- en Winstrekening gebracht, ter wijl ten laste dier rekening f 215.000,voor verdere belastingen is gereserveerd. Een welgemeend woord van dank is tenslotte op zijn plaats voor al hetgeen door de kassiers der plaatselijke Boerenleenbanken, daarin veelal door de beheerders terzijde gestaan, en door het personeel der Centrale Bank werd verricht. Van hun uithoudingsvermogen werd schier het onmo gelijke gevergd en indien de eigenlijke geldzuivering als geslaagd mag worden beschouwd, komt daarvan ten plattelande ongetwijfeld de eer toe aan de Boerenleenbanken. Bestuur. In 1945 werden 14 bestuursvergaderingen gehouden. In de Algemeene Vergade ring van 19 November 1945 werd het aftredend lid van ons College, de Heer Jhr. Mr. F. J. M. van Nispen tot Sevenaer, herbenoemd. Thans is aan de beurt van aftreden de Heer Jhr. Mr. J. TH. M. SMITS VAN O YEN tot aanvulling van deze vacature zal gelegenheid worden gegeven. Directie. Met ingang van 1 November 1945 werd aan den Heer Dr. G. W. M. Huysmans, in ver band met zijn benoeming tot President-Directeur der Maatschappij tot Financiering van het Natio naal Herstel te 's Gravenhage, op zijn verzoek op de meest eervolle wijze ontslag verleend als Eerste Directeur onzer bank onder dankbetuiging voor de vele diensten aan onze Instelling bewezen. Met ingang van 1 Februari 1946 werd de Heer Mr. Ph. C. M. van Campen en met ingang van 1 Maart 1946 de Heer Mr. F. J. F. Claessens tot lid der Directie benoemd. Zooals hierboven reeds gememoreerd, hebben de plaatselijke Boerenleenbanken in verband met de voorschriften inzake de geldsaneering een enorme hoeveelheid werk moeten verzetten. Of schoon beheerders en kassiers dit met zeer groote toewijding hebben gedaan, deden zich bij vele Boerenleenbanken toch moeilijkheden voor, tengevolge waarvan onze inspectiedienst op vele plaat sen moest ingrijpen, niet alleen om bij het inhalen van den achterstand de helpende hand te bieden, doch om ook waar noodig, voorlichting en advies te geven. Waar echter de uitbreiding van den inspectiedienst vanzelfsprekend geen gelijken tred heeft kunnen houden met den abnormalen uitgroei der Boerenleenbanken, welke niet over de geheele lijn blijvend zal zijn, kon niet overal aan elk ver zoek om hulp direct worden voldaan en in verband daarmede is er wat de jaarlijksche controle der Boerenleenbanken betreft een achterstand ontstaan. Deze achterstand werd nog vergroot doordat zich ook in 1945, in welk jaar het noordelijk gedeelte van ons land werd bevrijd, nog groote verkeersmoeilijkheden voordeden, zoodat het contact met de aangesloten Boerenleenbanken verre van eenvoudig was. Niettemin werden in 19^5 32 4 inspecties verricht, waaronder 47 z.g. buiten gewone inspecties; daarnaast werden 21 onverwachte kascontroles gehouden. Ofschoon ook in 1946 is gebleken, dat vele plaatselijke Boerenleenbanken speciale hulp en voorlichting noodig hebben, waardoor onze inspectie-dienst extra wordt belast, hopen wij toch in staat te zijn, om in 1946 alle Boerenleenbanken aan een controle te onderwerpen. Propaganda. Op de algemeene vergaderingen van verschillende aangesloten Boerenleenbanken, zoomede bij andere gelegenheden werden door onzen inspectie-dienst spreekbeurten vervuld. Rechtskundige Dat deze afdeeling zich in het verslagjaar bijzonder verdienstelijk heeft kunnen maken Afdeeling. en ook inderdaad gemaakt heeft springt in het oog voor wie de stroom nieuwe voor schriften gadeslaat, die onze Regeering sedert de gedeeltelijke en volledige bevrijding van ons vaderland heeft uitgevaardigd en waaromtrent doorloopend en zeer uitgebreid voorlichting aan de aangesloten banken werd verstrekt. Het tijdig inwinnen van advies bij de Centrale Bank kan de plaatselijke banken niet genoeg worden aanbevolen; zij kunnen daardoor in vele gevallen nadeelige juridische verwikkelingen voorkomen. Aantal aange- Gedurende 1945 traden de nieuw opgerichte Boerenleenbanken te Stevensbeek N.Br. en sloten Boeren- Emmeloord N.O. polder als lid toe. Aan het einde van 1945 bedroeg het aantal aangeslo- leenbanken. ten Boerenleenbanken 574, volgens de plaats harer vestiging verdeeld als volgt:

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Boerenleenbank | 1945 | | pagina 4