■m
Bestuurscommissiën.
ifh
7
Aan
den Raad van Toezicht en
de Commissie van Advies
der Coöperatieve Centrale Boerenleenbank
te
Eindhoven.
MIJNE HEEREN,
Bij het overeenkomstig artikel 17 onzer Statuten uitbrengen van ons verslag over het boek
jaar 1930 van onze Bank. mogen wij met voldoening constateeren, dat de resultaten, die wij mochten
behalen, alle reden geven tot tevredenheid. Temeer is dit het geval, als daarbij rekening wordt gehou
den met de ongunstige omstandigheden, waaronder de land- en tuinbouw in het afgeloopen jaar
heeft moeten werken.
Dat de terugslag daarvan zich tot dusvei nog slechts in geringe mate afteekende, schrijven
wij eenerzijds toe aan de groote soberheid van den boerenstand en anderzijds aan het feit, dat een
groot deel van onze over het geheele land verspreide Boerenleenbanken is gelegen in streken met
gemengde bedrijven, die tot dusver in veel geringer mate dan de eenzijdige akkerbouwbedrijven de
gevolgen der crisis hebben ondervonden.
Nochtans kan het niet uitblijven, dat bij een langer voortdurende crisis de gevolgen ook
daar geleidelijk bemerkbaar zullen worden.
Reeds nu zijn er teekenen, die er op wijzen, dat de geringe vooruitzichten op loonende
exploitatie in menig landbouwbedrijf den ondernemingszin verminderen, en zelfs leiden tot inkrim
ping der bedrijven.
Daardoor worden gelden, die anders in het boerenbedrijf voor productieve doeleinden
worden besteed, tijdelijk bij de Boerenleenbanken belegd, hetgeen mede het accres der spaargelden
verklaart, dat uit de cijfers blijkt.
De verminderde rentevoet op de geldmarkt heeft ons aanlediing gegeven de rentevergoe
ding voor onze plaatselijke Boerenleenbanken met ingang van 1 Juli 1931 te verlagen. Ter tegemoet
koming aan de credietgenietende Boerenleenbanken hebben wij per 1 Juli 1931 eveneens de debet
rente verlaagd.
Verliezen werden niet geleden.
Op onze effecten-portefeuille boekten wij een aanzienlijke koerswinst, waardoor onze reserve
effecten-koersverschillen met 541.317.11 werd vermeerderd.
Voor de verdere cijfers en gegevens, zoowel van onze Centrale als van de aangesloten
banken, verwijzen wij naar de hierachter opgenomen, uitgebreide statistieken.
In 1930 werden in 44 vergaderingen en besprekingen de loopende zaken behandeld; be
sprekingen werden gevoerd met plaatselijke beheerders, en voorbereiding en uitvoering van Bestuurs
besluiten verzorgd.