II 1» fit 1|1 jBltifai ï- i i ftl; flater# gföe $3; :;ï0^'y- s^t;; C y: t -vs' Vi' Vv'.'v V ;i! i'ivMi,:. Rente. Onkosten. Accountants-Controle. Pensioenfonds. it' Inbraakverzekering. Bewaargeving. Statistiek. Toelichting op de cijfers van Balans en Verlies- en Winstrekening. Balans (Passiva). |pvs iV f 'ill: v 'ï>r..-.'-. Hf#- 10 In 1920 berekenden wij de Boerenleenbanken over het eerste halfjaar eene debet-rente van 4% en vergoedden wij voor deposito's in rekening-courant eene rente van 3'/4%. Over het tweede halfjaar berekenden wij 4]/2 en vergoedden wij 33/4 Voor deposito's met een jaar opzegging vergoedden wij over het eerste halfjaar 33/4°/o en over het tweede halfjaar 4'A °/0, terwijl wij voor deposito's met zes maanden opzegging, over het eerste halfjaar 3'/2% vergoedden en over het tweede halfjaar 4°/o. Onze tienjarige schuldbrieven dragen een rente van 4%. Een woord van dank aan Heeren Kassiers, voor hunne zeer gewaardeerde hulp bij de plaatsing van onze 4% tienjarige schuldbrieven, is hier zeker op zijn plaats. Voor hunne onmisbare hulp houden wij ons ook in de toekomst ten zeerste aanbevolen. De onkosten bedroegen 141.303.245 tegen 113.354.31 in 1919. Vergelijking van de op pag. 40 voorkomende specificatie (Bijlage XIV) met die in het vorige jaarverslag zal U doen zien op welke onderdeelen die verhooging slaat. Onze boeken worden maandelijks afgesloten voor het opmaken van een maand-balans de door den accountant geteekende maandbalansen worden regelmatig verzonden aan alle bestuurs leden, leden van den Raad van Toezicht en aan de leden van de Commissie van advies. Bovendien worden zij aan eenige groote bankinstellingen (o. m. aan de Nederlandsche Bank) gezonden. *HL, 1 ',f.y I.8:1r c-v .v T :j ?'y .\"v> ;A|t 'i In Uwe Algemeene Vergadering van 21 Juni 1920 werd besloten dat de pensioen bijdragen van het personeel komen te vervallen. Door het Bestuur zal jaarlijks in overleg met den Raad van Toezicht een bedrag in het Pensioenfonds worden gestort. De rekening van dit fonds is op pagina 19 afgedrukt en vereischt geen nadere toelichting. Einde 1920 was door 361 Boerenleenbanken, eenige leden van Boerenleenbanken en diverse rekening-couranthouders deelgenomen in de collectieve inbraakverzekering voor een totaal bedrag van 4.136.000.— tegen 318 Boerenleenbanken met 2.550.150per einde 1919. Het feit, dat in den loop van 1920 bij de Boerenleenbank te Volkel een bedrag door inbraak ontvreemd is hetgeen door de verzekering is vergoed bewijst voldoende de verkeerde handelwijze der nog niet bij de collectieve inbraakverzekering aangesloten Boerenleenbanken. Van de geboden gelegenheid om titels (zonder couponbladen) bij onze instelling in bewaring te geven werd in 1920 door 48 Boerenleenbanken (deels voor eigen rekening, deels voor rekening 11 harer leden) en 30 diverse rekening-couranthouders en leden van Boerenleenbanken gebruik ge maakt. Het nominaal bedrag beliep 2.056.850.— (tegen 1.848.850.— van 50 Boerenleenbanken en 21 diverse rekening-couranthouders in 1919.) Een viertal Boerenleenbanken en een rekening-couranthoudster verzochten ons om vreemd geld in bewaring te nemen. Voor specificatie verwijzen wij naar Bijlagen VI en VII. Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Aan dit verslag zijn toegevoegd de volgende statistische bijlagen XVII. Overzicht van de balansen der Coöperatieve Centrale Boerenleenbank der laatste vijf boekjaren. Loop der spaargelden, Voorschotten en loopende-Rekeningsaldi der plaatselijke Boerenleenbanken in verband met de Beschikbare Middelen der Coöperatieve Centrale Boerenleenbank gedurende de jaren 1910/1919. Overzicht van de werkzaamheden der Boerenleenbanken in het boekjaar 1919. Recapitulatie dier werkzaamheden, gerangschikt naar de Provinciën. Overzicht van de balansen der Boerenleenbanken per 31 December 1919. Recapitulatie dier balansen, gerangschikt naar de Provinciën. Gecombineerde balansen der Boerenleenbanken over de boekjaren 1913 tot en met 1919. XVIII. XIX. XX. XXI. XXII. XXIII. Kapitaal: Het kapitaal onzer instelling bedroeg einde 1920 1.470.000. 490 aandeel houdsters-Boerenleenbanken met elk 3 aandeelen ad 1000. Boerenleenbanken (Rekening-courant): Voor specificatie dezer rekening verwijzen wij naar Bijlage I. Boerenleenbanken (Deposito met een jaar opzegging)Het bedrag, dat door de Boerenleenbanken bij ons a deposito met één jaar opzegging geplaatst werd. (Zie Bijlage I). Boerenleenbanken (Deposito met zes maanden opzegging) Het bedrag, dat door de Boerenleenbanken bij ons a deposito met zes maanden opzegging geplaatst werd. (Zie bijlage I). Diverse Crediteuren: Zie Bijlage II. KassiersZie Bijlage IV. Beleening o/g.: Het bedrag der door ons tegen in pandgeving van effecten opgenomen gelden. Deposito o/g. (geblokkeerd)Het bedrag dat door ons werd ingehouden van de gedis conteerde wissels, voor het nog loopende risico daarop. 4% Tienjarige schuldbrieven: Het bedrag der tot 31 December 1920 aangemaakte 4% 10-jarige schuldbrieven, nl. 500.000.— aflosbaar 1 Januari 1927. 500.000.— aflosbaar 1 Juli 1929. 500.000.— aflosbaar 1 Juli 1927. 500.000.— aflosbaar 1 Januari 1930. 500.000.— aflosbaar 1 Januari 1928. 200.000.— aflosbaar 1 Juli 1930. 500.000.- 500.000.- aflosbaar 1 Januari 1929.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Boerenleenbank | 1920 | | pagina 6