Mijne Heeren,
RAPPORT, m zake de controle der boekhouding
over 1918 der Coöperatieve Centrale
Boerenleenbank te Eindhoven.
16
Aan de Algemeene Vergadering der
Coöperatieve Centrale Boerenleenbank
te
Eindhoven.
Ingevolge het bepaalde bij art. 45 der statuten hebben ondergeteekenden gecontroleerd
de Balans en de Verlies- en Winstrekening over het boekjaar 1918 en kunnen zij constateeren,
dat het kasgeld, hetwelk volgens de boeken aanwezig moest zijn, werkelijk aanwezig was, dat de
effecten met couponbladen, de borgstellingen van Directeur en Kassier voorhanden waren, dat de
saldo s van de aangesloten Boerenleenbanken, zooals die in de boeken voorkomen, geheel eenslui
dend waren met de door de Besturen der Banken aan de Centrale Bank ingezonden goedgekeurde
saldo-biljetten (uitgenomen de saldo-biljetten van Caberg, Leidschendam en Berghuizen, welke
ondanks herhaalde aanmaningen bij onze controle ontbraken), en dat de cijfers, zooals zij op de
Balans voorkomen, volkomen in overeenstemming waren met de boeken en verdere bescheiden.
De geheele administratie was keurig in orde.
Aan den Directeur, die ons met de grootste bereidvaardigheid alle inlichtingen en
ophelderingen verstrekte, welke voor een juiste controle noodig zijn, een bijzonder woord van
lof voor het accurate beheer.
Op grond van ons onderzoek meenen wij gerust in overweging te mogen geven, de
Balans en de Verlies- en Winstrekening over 1918 goed te keuren.
De Commissie van Advies:
THEOD. FAAZEN.
A. VAN DE VEN.
JACQ. SMEETS.
EINDHOVEN, 8 Mei 1919.
17
De boekhouding der Coöperatieve Centrale Boerenleenbank te Eindhoven werd door
ons geregeld maandelijks gecontroleerd.
Alle posten, in de boeken voorkomende, werden met de bescheiden vergeleken en accoord
bevonden.
Geconstateerd werd, dat de met de beleggingen gekweekte rente voor de juiste bedragen
werd geboekt.
De aanwezigheid der kasgelden, effecten, bewijzen van hypothecaire inschrijvingen, overige
schuldbekentenissen en der onderpanden werd herhaaldelijk geconstateerd.
Regelmatig is onderzocht of de maxima der toegestane credieten werden overschreden
en de overwaarde der onderpanden van prolongatie's en beleeningsposten voldoende was.
Op grond van ons onderzoek zijn wij van meening. dat de door ons geteekende balans
van 31 December 1918 den juisten toestand der Bank op dien datum aanwijst, en de verlies- en
winstrekening van 1918 de juiste bedrijfsresultaten aangeeft.
Accountantskantoor van W. Kreukniet:
A. J. RUTGERS.
ROTTERDAM,
TILBURG,
22 April 1919.