Bestuurs-Commissie. Inspectie. Toetreding nieuwe Boerenleenbanken. Uittreding Boerenleenbanken Omzet. Effecten-Leendepöt. Rente. Onkosten. In den loop van 1917 zijn wij er toe overgegaan om onze aangesloten Boerenleenbanken gelegenheid te geven om ook gelden te beleggen met langeren opzeggingstermijn. Tot dusverre was het onze gewoonte alleen direct opvorderbaar spaargeld (deposito) te nemen en vergoedden wij daarop eene rente van 34o De omstandigheid, dat vele inleggers bij onze plaatselijke Boerenleenbanken vroegen om eene hoogere rente voor gelden op langeren termijn waarschijnlijk als gevolg van aanbiedingen van andere banken deed ons besluiten om gelden aan te nemen met eene opzegging van één jaar, tegen eene rentevergoeding van 33A% per jaar. Van deze gelegenheid is een druk gebruik gemaakt. Het in totaal op deze rekening geboekte bedrag bedroeg einde 1917 de som van 6.334.000.—. Daarnaast openden wij nog gelegenheid om ons gelden toe te vertrouwen voor eenen vasten termijn van 10 jaar, tegen eene rentevergoeding van 4% 's jaars, door uitgifte van schuld brieven met halfjaarlijksche coupons, vervallende per 1 Jan. en 1 Juli. Deze schuldbrieven worden na 10 jaar a pari afgelost. Doel dezer uitgifte is gelden op langen termijn te verkrijgen, waardoor wij in staat zijn op onze beurt hetzij via aangesloten Boerenleenbanken, hetzij rechtstreeks gelden op langen termijn hoogstens 10 jaar te verstrekken aan economische vereenigingen, opgericht ten bate van den landbouw. De uitgifte geschiedt alleen in coupures van 1.000.—. De schuld brieven worden enkel en alleen geplaatst bij particulieren; ze mogen niet gekocht worden door onze aangesloten Boerenleenbanken. Op 31 December j.1. was de eerste serie groot 500.000.- vervallende per 1 Januari 1927 geheel geplaatst; van de tweede serie, eveneens groot 500.000.- en vervallende per 1 Juli 1927 was 100.000.— onder dak gebracht. Het ligt in onze bedoeling met deze uitgifte door te gaan, zoolang dat zal noodig blijken. De Bestuurs-Commissie hield in 1917 zes vergaderingen. Op deze bijeenkomsten werden de verslagen der inspecties behandeld en beslissingen genomen in ondergeschikte punten, met name in zake wijzigingen der Huishoudelijke Reglementen van Boerenleenbanken. Verder werd de behandeling van gewichtige aangelegenheden door de bestuursvergadering, meermalen ter vergadering van de Bestuurs-Commissie voorbereid. De aangesloten Boerenleenbanken werden in het afgeloopen jaar alle minstens één keer geïnspecteerd. De verslagen, welke naar aanleiding van die inspectiën werden uitgebracht, gaven over het algemeen reden tot tevredenheid. 25 Boerenleenbanken werden in den loop van het jaar 1917 door den Hoofdinspecteur bezocht, zonder dat hij zijn komst te voren aankondigde. Belangrijke op- of aanmerkingen behoefden naar aanleiding van deze overwachte bezoeken slechts zelden gemaakt te worden. De briefwisseling, met sommige Boerenleenbanken gevoerd, als gevolg van de behandeling ter Bestuurscommissie der verslagen, uitgebracht naar aanleiding van de over bedoelde Boeren leenbanken gehouden inspectiën, leidde in den regel tot het aanbrengen der verlangde verbeteringen. In 1917 traden de navolgende Boerenleenbanken toe: St. Hubert(N.-B.), Limbricht (L.), Tegelen (L.), Riethoven (N.-B.), Beuningen (Gld.) Geulle (L.), Vessem (N.-B.), Gestel (N.-B.), Munstergeleen (L.), Ulicoten (N.-B.), Guttecoven (L.), Stiphout (N.B.), Kruisland (N.-B.), Bavel(N.-B.) In het geheel telden wij dus einde 1917 423 Boerenleenbanken tegen 409 aan het einde van 1916. Volgens de plaats harer vestiging verdeeld als volgt: Beuningen, reeds in 1916 aangesloten, ontving zijn aandeelen eerst in 1917. 9 j In Noord-Brab. Limburg Gelderland Overijssel Zuid-Holl. Zeeland Drenthe Noord-Holl. Utrecht Friesland. Groningen Totaal. 1917 1916 1915 1914 1913 1912 1911 1910 1909 1908 1907 1906 1905 1904 1903 1902 1901 1900 1899 168 160 147 144 136 131 117 108 99 96 94 82 67 62 57 52 40 31 19 131 126 121 120 117 115 104 100 95 76 70 66 54 44 34 23 18 13 12 46 45 42 41 40 34 30 24 23 23 22 17 11 9 7 3 3 1 1 37 32 32 31 29 26 23 18 17 15 6 3 3 2 71 21 20 19 19 17 16 13 11 11 9 7 7 5 2 1 6 6 6 6 6 7 7 7 7 7 7 7 7 6 2 1 1 1 1 6 6 5 5 4 4 4 4 3 2 2 2 5 5 5 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 2 5 5 5 5 5 5 4 4 3 2 1 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 1 1 1 1 1 1 1 423 409 386 378 363 346 310 283 263 237 216 190 154 132 104 80 62 46 33 In 1917 zijn geen Boerenleenbanken uitgetreden. De totale omzet bedroeg in 1917 ruim 190 millioen, tegen ruim 150 millioen in 1916, 67 millioen in 1915 en 36 millioen in 1914. Voor de gespecificeerde cijfers verwijzen wij naar Bijlage XVI. Eene vergelijking met voorgaande jaarverslagen doet nauwkeurig zien, op welke rekeningen voornamelijk de vermeer dering is verkregen. Het Effecten-Leendepöt verminderde in 1917 tot 179.140.(tegen 226.140 einde 1916 en 280.940.- einde 1915). Specificatie op Bijlage IV. Deze fondsen nemen wij onder ons onder het beding, dat zij mogen dienen als onderpand van door ons aan te gane leeningen bij derden. Voor administratiekosten brengen wij Vs per jaar in rekening. In 1917 berekenden wij de Boerenleenbanken eene debet-rente van 4% en vergoedden wij voor deposito's in rekening-courant eene rente van 3'/4%. De door ons met onze beleg gingen gekweekte rente stelde ons in staat, de Boerenleenbanken, die een gedeelte van haar rekening-courant-tegoed in Deposito met een jaar opzegging vastlegden, over dat deposito een rente te vergoeden van 33/4°o. Het laat zich aanzien, dat wij in staat zullen zijn, in 1918 denzelfden rentevoet te blijven handhaven. De bruto onkosten beliepen in 1917 67.859,IO'/2 tegen 46.008,67 in 1916. Verge lijking van de op pag. 31 voorkomende specificatie met de specificatie in het vorige jaarverslag zal U doen zien, dat die vermeerdering op nagenoeg alle onderdeelen slaat.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Boerenleenbank | 1917 | | pagina 5