Voorstel tot Winstverdeeling. Bestuur. Mijne Heeren, Inspectie. 14 Wij stellen U voor het winstsaldo ad f scm te verdeelen als volgt: J a. Afschrijving op gebouwenrekening 1000. waardoor deze rekening wordt teruggebracht op 22.000. b. Afschrijving op meubilairrekening - 95 05 waardoor deze rekening wordt teruggebracht op 1840. c. Te storten in het pensioenfonds - 800 - - 1895.05 wao Bl'ift 7038.95 d. 4 o rente van het gestorte op de bewijzen van deelneming, gedu rende de volle maanden, waarover werd deelgenomen, ter bijschrijving op die bewijzen, volgens Art. 49 2o. (zie bijlage XI) - 171 56 De rest ad- in het reservefonds, waardoor dit tot 18565.37 stijgt. In de jaarlijksche Algemeene Vergadering van 17 Juni 1907 werd de Heer V. A. M. VAN DEN HEUVEL (Voorzitter) d^Heerar 'ede" ('n P'aatS HeereP B0LSIUS en Mr- TRUYEN), gekozen J. L. H. KAMERBEEK en Jhr. F. E. M. VAN SASSE VAN YSSELT. Thans is aan de beurt van aftreding de Heer: Mr. "1 H. J. H. AQUARIUS (Onder-Voorzitter.) Tot aanvulling dezer vacature zal U gelegenheid worden gegeven. Het Bestuur: V. A. M. VAN DEN HEUVEL, Voorzitter Mn. TH. J. H. AQUARIUS, Onder-Voorzitter J. L. H. KAMERBEEK. Jhr. F. E. M. VAN SASSE VAN YSSELT P. M. VAN VORST, Secretaris. Eindhoven, Maart 1908. 15 Aan de Leenbanken, aangesloten bij de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank te Eindhoven. Wij hebben de eer U hierbij aan te biedenhet verslag van het Bestuur over de werkzaam heden over het afgeloopen jaar, benevens Balans-en Winst-en Verliesrekening op 31 December 1907. Deze rekeningen zijn door eene Commissie uit ons midden, bestaande uit de heeren H. W. A. VAN HEESWIJK, G. J. KOENRAADT Mzn., F. C. VAN REST, nagegaan en accoord bevonden, waarom wij U voorstellen, ter décharge van het Bestuur, de Balans op ultimo December 1907 goed te keuren en de winst te verdeelen, zooals dat door het Bestuur wordt voorgesteld. Evenals vorige jaren werden ook in 1907 alle aangesloten Boerenleenbanken minstens één keer geïnspecteerd. Dank zij den ijver der beheerderen van verreweg de meeste banken, bleef het uitbrengen van een ongunstig inspectie-rapport uitzondering. De aanwijzingen en inlichtingen, bij de inspecties gegeven, werden geregeld aangevuld door de „Mededeelingen" en schriftelijke voor lichting. Op het einde van 1906 en het begin van 1907 kon eenige tijd aan de propaganda besteed worden. Een 26-tal nieuwe Boerenleenbanken trad dientengevolge in 1907 toe. Hoewel de uit breiding dus niet zoo sterk was als in 1906, strekt ze toch stellig tot tevredenheid, wanneer men in aanmerking neemt, dat de in 1907 heerschende geldcrisis op menige plaats, zij het dan ook ten onrechte, de oprichting eener Boerenleenbank deed uitstellen. Door de vele werkzaamheden, ver bonden aan het voorbereiden der oprichting onzer Boerenhypotheekbank, was daarenboven de tijd tot propageeren vrij beperkt. In uwe vergadering van 17 Juni 1907 werden de aftredende leden, de Heeren: J. VAN BEEK, G. J. KOENRAADT Mzn., Jhr. Mr. L. H. L. J. VAN DER MAESEN DE SOMBREFF en J. M. B. H. PONJÉ met nagenoeg algemeene stemmen herkozen en de vacature, ontstaan door de benoeming van den Heer J. L. H. KAMERBEEK tot lid van het Bestuur, aangevuld door de benoeming van den Heer F. C. VAN REST te Naaldwijk.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Boerenleenbank | 1907 | | pagina 8