is ten laste van de Winst- en Verliesrekening gebracht. Ook namen wij weder, waar zulks wensche- lijk bleek, tot meerdere zekerheid onderpanden in administratie, terwijl van verschillende leeningen door het verkrijgen van bijverband en borgtocht de waarborgen werden versterkt. De ingekochte en in administratie genomen perceelen werden in die gevallen, waarin het onderhoud te- wenschen overliet, door ons in goeden staat gebracht, hetgeen weliswaar kosten medebracht, doch de waarde der perceelen verhoogde en het rendement bevorderde. Uit den als bijlage bij dit verslag gevoegden Staat der ingekochte perceelen (Bijlage I) blijkt, dat deze op uit. December 1939 voor het grootste gedeelte waren verhuurd en de huuropbrengst bevredigend mag worden genoemd. Wat de balanswaardeering van de in 1939 ingekochte en verbouwde perceelen betreft, hebben wij, gelijk wij steeds gewoon zijn, de gemaakte veilings- en verdere kosten afgeboekt, deze perceelen opnieuw door deskundigen laten taxeeren en de post Onroerende Goederen met deze taxaties in overeenstemming gebracht. Moesten wij het saldo van onze Winst- en Verlies rekening per 31 December 1938 in hoofdzaak bestemmen voor de afschrijving van de rekening Dienst der Pandbrieven, thans stellen de resultaten ons in staat een aanvang te maken met eene afschrijving op den post Onroerende Goederen. Wij hebben hiervoor bestemd een bedrag van 23.068.zijnde twee procent der balanswaarde. Van de geldleeningen, waarop in Maart van dit jaar de in 1939 vervallen rente nog niet ten volle was voldaan, hebben wij niet alleen het bedrag der nog onbetaalde rente ten volle gereserveerd, maar voorzichtigheidshalve de voor deze leeningen verbonden onderpanden op nieuw laten taxeeren, voor zoover, voor deze leeningen niet reeds op grond van in de laatste jaren verrichte taxaties, eene reserve was gevormd. Evenals ten vorigen jare werd in die gevallen, waarin het bedrag der geldleening de geschatte waarde overtrof, het verschil in de Reserve Geld leeningen opgenomen. Voorts hebben wij het mede met het oog op de onzekere tijdsom standigheden raadzaam geacht deze Reserve te versterken en daarvoor een bedrag van 20.000.ten laste van onze Winst- en Verliesrekening gebracht. Wij zijn van oordeel, dat wij aldus in de thans in ons bedrijf aanwijsbare risico’s hebben voorzien, terwijl wij tevens voor zoover de resultaten zulks toelieten den intrinsieken toestand van onze Instelling hebben versterktbehalve een bedrag van 473.90 wegens rente over het onverplicht gestorte kapitaal, wordt dan ook wederom geen dividend-uitkeering voor gesteld. CONTROLE. De firma Th. L. Limperg, door het college van commissarissen als accountants herbenoemd, heeft gedurende het afgeloopen jaar weder het bij art. 12 der statuten voorgeschreven geregelde toezicht uitgeoefend op de administratie en boekhouding, welke blijkens hare hier achter opgenomen verklaring door haar in orde werdert bevonden. Voorts staat onze Instelling onder toezicht van het Contróle-orgaan, ingesteld door de Vereeniging van Directeuren van Hypotheekbanken. Ook werd, overeenkomstig de door den Centralen Beleggingsraad vastgestelde „Voor- 4

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Bataafsche Hypotheekbank | 1939 | | pagina 6