Het pandbriefkapitaal onderging door een en ander de volgende wijzigingen: 31 December 1933 31 December 1934 Verschil 5 pandbrieven 6.402.600.5.222.300.f 1.180.300. 4£ - 5.519.400— - 6.465.400.— - 946.000.— 4 - 4.258.700.— - 4.458.300.— - 199.600.— 3i - 252.000.— - 246.000.— 4- - 6.000.— 16.432.700.— 16.392.000.— 4- 40.700 Het bedrag der uitstaande leeningen vermeerderde met 222.090.en bedroeg op 31 December 1934 16.389.115. De omstandigheden in aanmerking genomen was de betaling der hypotheekrente bevredigend. Wij hebben echter meerdere malen aan debiteuren, ook aan sommigen die hunne verplichtingen tot dusver steeds prompt nakwamen, vrijstelling van de halfjaarlijksche aflossing moeten toestaan. De stand der leeningen werd daarbij steeds in het oog gehouden. Acht maal moesten wij in het afgeloopen jaar gebruik maken van ons recht tot verkoop; de verbonden perceelen werden in zeven gevallen, ter voorkoming van verlies, door ons ingekocht. Bovendien werden bij vier leeningen de verbonden onderpanden door ons voor het totaal ver schuldigde overgenomen. Een der ingekochte perceelen werd intusschen voor den kostenden prijs van de hand gedaan. Van een drietal debiteuren hebben wij de perceelen, waarvan, naar ons bleek, het beheer te wenschen overliet, in administratie genomen. Hoewel de huuropbrengst voldoende kan zijn om het aan ons verschuldigde te voldoen, hebben wij voor deze leeningen de reserve debiteuren met 4.700.verhoogd, hetgeen in de jaarrekening is opgenomen. Voorts hebben wij bij een leening tot den onderhandschen verkoop van het perceel medegewerkt door een bedrag van 1.052.45 op onze vordering, in totaal 18.052.45 bedragende, te laten vallen. Dit bedrag, evenals de veilings- en verdere kosten der ingekochte onderpanden ad 11.397.14, hebben wij eveneens in de winst- en verliesrekening opgenomen. Van de ingekochte perceelen is een gespecificeerde opgave op blz. 18 als bijlage aan dit verslag toegevoegd. Zooals daaruit blijkt, zijn, op een na, deze perceelen te Amsterdam en te Rotterdam op verschillende standen gelegen. Voor het perceel Kerkstraat, daarop voorkomende met 24.400.vinden wij het voorzichtigheidshalve gewenscht een bedrag van 4.400.— te reserveeren, waarvoor U bij de winstverdeeling het voorstel wordt gedaan. Wij meenen de ver wachting te mogen uitspreken, dat wanneer de toestand gunstiger wordt, zich wel gegadigden voor deze perceelen zullen voordoen. De bedrijfsresultaten toonen, dat de geleden verliezen zonder aantasting der reserven kunnen worden opgevangen en naast de noodig geoordeelde reserveering en afschrijving, aan aandeelhouders, zij het dan ook in bescheidener mate, toch een behoorlijke uitkeering kan plaats hebben. 6

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Bataafsche Hypotheekbank | 1934 | | pagina 8