Aan de Aandeelhouders
Wij hebben de eer U verslag uit te brengen over het boekjaar 1934, het vijf en veer
tigste sinds de oprichting onzer vennootschap.
In de Algemeene Vergadering van Aandeelhouders, gehouden den 19den Maart 1934,
werden herkozen als commissaris de Heeren A. G. Huisken en Jhr. Ir. C. C. Th. Six, die hun
mandaat weder hebben aanvaard. Beide heeren werden door commissarissen herbenoemd als lid
van den Raad van Toezicht. In die zelfde vergadering werd, ter voorziening in de vacature ont
staan door het overlijden van den Heer Mr. C. P. Zaaijer, waarvan in ons verslag over het jaar
1933 mededeeling werd gedaan, tot commissaris gekozen de Heer Mr. J. C. W. N. de Bruijn van
Melis- en Mariekerke, die deze benoeming heeft aangenomen.
In het Bestuur had overigens geen verandering plaats.
Volgens het rooster is thans aan de beurt van aftreding als commissaris, als opvolger
van wijlen den Heer Zaaijer, de Heer Mr. J. C. W. N. de Bruijn van Melis- en Mariekerke, die
herkiesbaar is.
Hoewel'in het afgeloopen jaar de oeconomische toestand over het algemeen niet ver
beterde, mogen wij over den afzet van onze pandbrieven niet ontevreden zijn. In den aanvang
vonden 4J goede plaatsing; de daling van den rentestand maakte later de uitgifte van 4
pandbrieven mogelijk. Een belangrijk bedrag aan 5 werd extra uitgeloot en aflosbaar gesteld,
Waardóór aflóopendè leéningèn tot verlaagde rentekonden Worden verlengd. Aangeboden pand
brieven werden geregeld door de Bank opgenomen. -
6
