AMSTERDAM, 17 Maart 1928. Aan de Aandeelhouders der Bataafsche Hypotheekbank. De ondergeteekenden verklaren hierdoor, de boekhouding Uwer instelling over het jaar 1927 in haar vollen omvang te hebben gecontroleerd en in orde bevonden. Van de bestaande geldleeningen bleken de bewijsstukken aanwezig. Van alle debiteuren werden de geteekende saldo-biljetten per 15 October 1927 ten bewijze van accoordbevinding overgelegd. Zij hebben zich, evenals vorige jaren, aan de hypotheekkantoren vergewist, dat alle in 1927 gesloten en gecontinueerde leeningen overeenkomstig de aan de Bank berustende stukken zijn ingeschreven. Zij hebben voorts alle ingetrokken pandbrieven nadat deze waardeloos en onbruikbaar waren gemaakt, met de pandbriefregisters vergeleken en daarbij alles in de beste orde bevonden, terwijl ook de in 1927 opgekomen coupons in natura door hen zijn geverifiëerd, welke in over stemming bleken te zijn met de pandbrieven die zich volgens de registers in circulatie bevinden. De Jaarrekening, sluitende met een voordeelig saldo van 154.539.30, werd door de ondergeteekenden met de boeken en bescheiden vergeleken en ten bewijze van accoordbevinding van hunne handteekening voorzien. De Accountants, TH. L. LIMPERG.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Bataafsche Hypotheekbank | 1927 | | pagina 13