Hoewel niet töt dit Verslagjaar behoorend, vermelden wij reeds thans, dat de 6 pCt. pandbrieven, waarvan op Uit0 December j.1. nog een bedrag van 300.000.in circulatie was, per 1 Februari 1927 aflosbaar zijn gesteld. Betreffende den omzet onzer pandbrieven kunnen wij het volgende mededeelen Van de 6 pCt. pandbrieven werd ingekocht 6.200.—, makende met het saldo in portefeuille op Uit0 December 1925 ad 4500.—, een bedrag van 10.700.—, waarvan werd geroieerd 8.700.en uitgeloot 1000.zoodat op 31 December 1926 in portefeuille bleef f 1000.Uitgeloot werd 628.200. Aan 5 pCt. pandbrieven werd gecreëerd 1.513.500.—, makende met het saldo in portefeuille op Uit0 December 1925 ad 59.900.—een bedrag van ƒ1.573.400.—. Ingekocht werd 205.600.te zamen alzoo 1.779.000.Geplaatst werd een bedrag van 1.707.700. zoodat op 31 December 1926 in portefeuille bleef 71.300.—. Een bedrag van ƒ98.200.— werd uitgeloot. Aan 4'l2 pCt. pandbrieven werd gecreëerd 314.300.—, makende met het saldo in portefeuille op Uit0 December 1925 ad 500.—, een bedrag van 314.800.—. Ingekocht werd 47.600.te zamen 'alzoo 362.400.Daarvan werd verkocht ƒ322.300.zoodat op 31 Dec. 1926 in portefeuille bleef 40.100.-. Uitgeloot werd een bedrag van f 31.600.—. Van de 4 pCt. pandbrieven werd ingekocht 174.400.—, makende met het saldo in portefeuille op Uit0 December 1925 ad 35.300.—, een bedrag van 209.700.—. Hiervan werd verkocht 118.900.—, geroieerd 64.400.— en uitgeloot 1100.—, zoodat op 31 Dec. 1926 in portefeuille bleef 25.300.Een bedrag van 106.500.werd uitgeloot. Van de 3'/2 pCt. pandbrieven werd ingekocht en weder verkocht 100.Uitgeloot werd 6.300. Het pandbrievenkapitaal, dat op Uit0 December 1925 11.863.900.— bedroeg, steeg, niettegenstaande de uitloting van ruim 600.000.— 6 pCt. pandbrieven, tot 12.747.800.—. Onze pandbrieven komen voor op de fondsenlijsten der Rijksverzekeringsbank, van meerdere Verzekering-Maatschappijen op verschillend gebied, van Spoorweg-Maatschappijen, Spaarbanken, enz. De Raad van Toezicht vergaderde met de Directie naar gewoonte om de ingekomen hypotheekaanvragen te behandelen, de kas, de zich in portefeuille bevindende pandbrieven en de andere waarden te controleeren en verder alle werkzaamheden, die noodig bleken, te verrichten. Zoo werden, evenals in vorige jaren, de grossen der acten met bijbehoorende stukken nagezien en accoord bevonden en de aan de circulatie onttrokken pandbrieven volgens art. 29 der statuten waardeloos en finaal onbruikbaar gemaakt. Door de Firma Th. L. LIMPERG, in 1926 als accountant herbenoemd, wérden, blijkens haar hierachter opgenomen rapport, de administratie en boekhouding geregeld gecontroleerd en in orde bevonden. 6

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Bataafsche Hypotheekbank | 1926 | | pagina 8