Mijne Heeren Wij hebben de eer U verslag uit te brengen over het boekjaar 1921, het twee en dertigste sinds onze vestiging. In de Algemeene Vergadering van Aandeelhouders, gehouden den 15 April 1921, werden herbenoemd als Commissarissen de Heeren Jhr. Mr. L. H. J. F. VAN BEVERVOORDEN TOT OLDEMEULE en Mr. E. VAN LENNEP, welke heeren hun mandaat weder hebben aanvaard. In het Bestuur had geene verandering plaats. Volgens het rooster zijn thans aan de beurt van aftreding als Commissarissen, de Heeren CHR. BEELS en C. W. T. VAN DIJK. Ook ditmaal mogen wij met voldoening wijzen op de in het afgeloopen jaar behaalde resultaten. Voor de beschikbare gelden kon geregeld goede plaatsing worden gevonden. Tot executie krachtens de onherroepelijke volmacht behoefde de Bank in geen enkel geval over te gaan. Verliezen werden niet geleden. In dezen tijd van algemeene malaise is het ons ook aangenaam te mogen vermelden dat onze debiteuren geregeld aan hunne verplichtingen hebben voldaan en bij het uit brengen van dit verslag geene enkele achterstallige rentepost bestaat. Tot uitgifte van pandbrieven van een hooger rentecijfer dan 5 pCt is de Bank ook in 1921 niet overgegaan. De marge tusschen de pandbriefrente en die der leeningen is dan ook wederom iets gestegen, hetgeen, naast het aangegroeid bedrag der leeningen, aan de Interestrekening ten goede kwam. Door de mindere mutatie in onroerende goederen daalde echter het saldo der Administratierekening. De in de statuten voorgeschreven uitlotingen van pandbrieven hadden als naar gewoonte plaats. In de tweede helft van het jaar stelden wij voorts de houders van 3'/24 en 4'/2 pCts. pandbrieven in de gelegenheid hun bezit daarvan geheel of gedeeltelijk te verwisselen tegen 5 pCts. pandbrieven op voorwaarde dat bij verwisseling van 3'/2 en 4 pCts. pandbrieven een gelijk bedrag en bij verwisseling van 4'/2 pCts. pandbrieven, de helft aan 5 pCts. pandbrieven pari werd bij genomen. Van dit aanbod werd in ruime mate gebruik gemaakt. Mede als gevolg daarvan steeg het pandbrievenkapitaal, dat op uit0 December 1920 f 10.311.500.bedroeg, tot f 10.883.700. Van deze bedragen bevond zich in portefeuille op 31 December 1920 f 126.200.en op 31 De cember 1921 slechts f 49.400.zoodat op laatstgemelden datum f 649.000.meer in omloop - 5 -

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Bataafsche Hypotheekbank | 1921 | | pagina 7