AMSTERDAM, 21 Maart 1919. Aan de Aandeelhouders der Bataafsche Hypotheekbank Hier. De ondergeteekende verklaart hierdoor, de boekhouding Uwer instelling over het jaar 1918 in haar vollen omvang te hebben gecontroleerd en in orde bevonden. Van alle bestaande geldleeningen bleken de bewijsstukken aanwezig, terwijl hem tevens’ van alle de door de debiteuren geteekende saldo-biljetten per 1 November 1918 ten bewijze van accoordbevinding werden overgelegd. Bovendien heeft hij zich, evenals vorige jaren, aan de hypotheekkantoren vergewist, dat alle in 1918 gesloten leeningen overeenkomstig de aan de Bank berustende stukken zijn ingeschreven. Hij heeft voorts alle uitgelote en ingekochte, vernietigde pandbrieven met de pandbrief- registers vergeleken en daarbij alles in de beste orde bevonden, terwijl ook de in 1918 opgekomen coupons in natura door hem zijn geverifieerd. De Balans, sluitende met een voordeelig saldo van 82.622.04, werd door hem met de boeken en bescheiden vergeleken en, ten bewijze van accoordbevinding, van zijne handteekening voorzien. De accountant, TH. LI MP ERG Jr. Fa. TH. L. LIMPERG

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Bataafsche Hypotheekbank | 1918 | | pagina 18