C. Naar de ligging der verbonden goederen.
Provincie Noord-Holland1.389.100.
Zuid-HollandI 362.250.—
1.751.350.—
D. Naar bet bedrag.
2 leeningen tot 5.000.7.000.
19
van 5.001.
tot 10.000.—
156.350.—
26
10.001.—
20.000.—
399.750.—
30
20.001.—
en daarboven
l»
1.188.250;—
77
f
1.751.350.—
E. Naar de rente en administratiekosten.
4'/a pCt
43/4
5
36.850
501.750
1.112.750.—
90.000.—
10.000.—
f 1.751.350.—
Het gezamenlijk bedrag der op Ult°. December 1918 uitstaande leeningen levert aan
interest op ƒ511.475.06, zijnde gemiddeld 4.8440 pCt., terwijl de rente der op dien datum gecreëerde
pandbrieven bedraagt ƒ432.158.50, zijnde gemiddeld 4.1398 pCt., zoodat de interest der leeningen,
de rente der pandbrieven met 0.70*2 pGt. overtreft, tegen 0.6667 pCt. op Ult°. December 1917,
0.6677 pCt. op Ult°. December 1916 en 0.6554 pCt. op Ult°. December 1915.
Ten aanzien van de behandeling der ingekomen leeningaanvragen moge het volgende
worden herhaald.
Steeds worden de aangeboden onderpanden door ten minste twee deskundigen
getaxeerd.
Voorts worden alle te Amsterdam gelegen onderpanden persoonlijk in oogenschouw genomen
door de Directie en de leden van den Raad van Toezicht, terwijl dit te Rotterdam geschiedt
vanwege het Bijkantoor der Bank.
Zooveel mogelijk worden omtrent de gegoedheid van den aanvrager, den koopprijs en de
rentabiliteit der onderpanden inlichtingen ingewonnen.
5'/ï