C. Naar het bedrag. 5 leeningen van 1.000.tot 2.000.f 6.450.— 25 2.001.— 5.000.—95.850.— 29 5.001.- 10.000.-229.800.- 26 10.001.— 20.000.352.850.— 21 20.001.en daarboven651.500. 106 f 1.336.450. Tot toelichting der Balans en Winst- en Verliesrekening wenschen wij eenige cijfers te bespreken. Het bedrag der Kassa- en Prolongatie-rekening moest met de gelden bij onzen Kassier grootendeels strekken om de op 1 Januari 1905 verschuldigde Coupons en de uitgelote Pandbrieven, die niet ter verwisseling opgegeven werden, te voldoen, alsmede tot sluiting van eenige goedgekeurde hypotheken, waarvan de afdoening door bijzondere omstandigheden, niet meer ift 1904 kon plaats hebben, terwijl dit bovendien aan het einde van het jaar vermeerderd werd, door ingekomen vervroegde aflossingen, waarop niet gerekend was. De post Interest-rekening bestaat uit: a. Rente over de maanden November en December van uitstaande leeningen 64.134.795 b. Diverse946.606 f 65.081.40 Op de rekening Diverse Debiteuren komen voor de bedragen aan de Bank in Rekening-courant verschuldigd voor verkochte pandbrieven, waarvan de vereffening in 1905 plaats had, alsmede het bedrag bij het Bijkantoor te Rotterdam beschikbaar gesteld voor de betaling der Januari-coupons aldaar. De Rekening Diverse Crediteuren vermeldt het bedrag, dat wegens verbouwing van een der verbonden perceelen, tot zekerheid bij de Bank werd gedeponeerd. Tengevolge van faillissement of nalatigheid van debiteuren was de Bank elf maal verplicht in het afgeloopen jaar van haar recht tot verkoop krachtens de onherroepelijke volmacht gebruik te maken. Bij eene dier executiën leed zij een verlies van f 594.376, welk bedrag dient te worden afgeschreven. Tweemaal werd het onderpand ingekocht. Een dezer panden werd kort daarop weder voor het aan de Bank komende bedrag, met de gemaakte onkosten, verkocht, terwijl betreffende het andere onderpand ernstige onderhandelingen tot verkoop worden gevoerd, die met grond doen verwachten, dat de opbrengst bij verkoop ruimschoots het der Bank komende, zal dekken. In alle overige gevallen was de opbrengst voldoende tot betaling van het aan de Bank verschuldigde.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Bataafsche Hypotheekbank | 1904 | | pagina 9