seien.
Wij hebben de eer, U verslag uit te brengen over het thans achter ons liggende
boekjaar 1897, zijnde het achtste sinds onze vestiging.
In de Algemeene Vergadering van Aandeelhouders, gehouden den 8 Maart 1897,
werd herbenoemd als Commissaris de Heer A. D. HARMENS.
Volgens rooster zijn dit jaar aan de beurt van aftreding als Commissaris de Heeren
Jhr. H. TRIP en C. DE RUYTER Jr., in welke vacaturen U straks gelegenheid zal worden
gegeven te voorzien.
In de Buitengewone Algemeene Vergadering van Aandeelhouders, gehouden den
9 Juli 1897 werden benoemd tot Commissarissen, ter voorziening in de vacaturen ontstaan
door het overlijden van den Heer B. RICARD en het door den Heer A. D. HARMENS wegens
zijne vestiging in het Buitenland gevraagd ontslag, alsmede ter uitbreiding van het College van
Commissarissen, de Heeren CHR. BEELS, C. DE RUYTER Jr. en H. J. M. H. VAN RYCKE-
VORSEL, die deze benoeming aanvaardden.
Met waardeering herdenken wij hier de. vele diensten door deHeeren RICARD en
HARMENS als Commissarissen onze Bank bewezen.
In deze vergadering werd tevens met algemeene stemmen besloten tot de Uitgifte
der 3e serie Aandeelen in het Maatschappelijk Kapitaal.
Deze uitgifte heeft plaats gehad in het begin der maand October j.1., tot den
prijs van 115 pCt., terwijl aan Aandeelhouders preferentie werd toegekend tot den prijs van
110 pCt.
Daar de inschrijving op deze serie ruimschoots werd volteekend, geschiedde de
toewijzing pondsponds gewijze. De winst op deze uitgifte behaald bedroeg na aftrek van
onkosten f 5265.75, welk bedrag op het reservefonds is geboekt.
Overgaande tot de behandeling der resultaten van het afgeloopen boekjaar, bieden
wij U aan de Balans en Winst- en Verliesrekening over dat tijdperk, welke door ons nauw
keurig zijn onderzocht en accoord bevonden.
Ingevolge Artikel 22 der Statuten werd insgelijks de Balans en Winst- en Verlies
rekening onderzocht door de Commissie uit de Aandeelhouders, die deze accoord bevonden en
ten blijke daarvan mede onderteekenden.
Q/rCpme QyC