De leeningen in 1893 gesloten, zijn verdeeld:
A Naar het Onderpand.
Gebouwde eigendommen583.650.
Ongebouwde eigendommen17.000.
f 600.650—
B. Naar de ligging der verbonden goederen.
Provincie Noord-Holland578.550.
Friesland17.000—
Utrecht5.100.
f 600.650—
C. Naar het bedrag.
5 leeningen van f 500.— tot f 2.000.f 5.700.
9 2.001.- 5.000.-. 31.200.-
8 B 5.001.- n 10.000.—54.500.—
15 M 10.001— 0 20.000.—j) 193.750—
10 20.001. - en daarboven315.500.
47 f 600.650—
Yoor de tot heden gesloten 3% Geldleeningen, uitmakende een
bedrag vanf 144.900
en waarvan nog verschuldigd is op 31 December 1893 een bedrag van ƒ97.375.—
v werden 3% Pandbrieven uitgegeven.
Hiervan zijn op heden nog in omloop96.200.
Ingetrokken
In voorgaande boekjarenf 46,700.
v dit boekjaar800.
Reserve voor de volgende uitloting 25
Minder in omloop gebracht als waartoe de
Bank volgens artikel 29 der Statuten bevoegd was 1175.f 48.700.144.900—