Aan de Aandeelhouders der N.V. Algemeene Friesche Hypotheekbank te Leeuwarden. DRIE EN VEERTIGSTE BOEKJAAR. Overeenkomstig het voorschrift van art. 43 der Statuten, hebben wij de eer U aan te bieden het jaarverslag onzer vennootschap over 1942, met balans en winst- en verlies-rekening en een voorstel tot winstverdeeling. ALGEMEEN OVERZICHT. De omstandigheden, waaronder wij dit jaar ons bedrijf uitoefenden, dragen het kenmerk, van dezen tijd. Weinig bedrijvigheid in de woningbouw en een ruime geldmarkt maakten het plaatsen van gelden op hypotheek zeer moeilijk en de winstmarge kleiner. In ons vorig jaarverslag wezen wij reeds op dezen te verwachten invloed op de te behalen resultaten. Het uitgeven van pandbrieven van een lager rentetype dan 3‘/* werd verboden. Om te voorkomen, dat tengevolge van dit verbod de rentemarge tusschen hypotheken en pandbrieven zou verdwijnen, werd tegelijkertijd een verbod uitgevaardigd op ge bouwde eigendommen hypotheken beneden een rente van 4 te sluiten. In het tweede halfjaar werd aan de gezamenlijke hypotheekbanken de verplichting opgelegd een zeker bedrag aan pandbrieven op de markt te brengen tegen een koers van 1021A zulks ter voorkoming dat de koers van pandbrieven boven 1021/« zou stijgen. Wij hebben dit jaar geen uitloting gehouden, wel vond echter de verplichte jaarlijksche terugnepiing van de Rijks fondsen plaats en de inkoop van eenige kleine coupures. Tegen het sluiten van 6.644.105,nieuwe leeningen stond een aflossing van 6.865.878,08, derhalve een vér- mindering van 221.773,08, (v.j. vooruitgang van 890.301,61). Een bedrag vaiï 1.779.100,— bestaande leeningen werd op nieuwe voorwaarden gecontinueerd. Het moet tot tevredenheid stemmen, dat ons bedrijf de laatste jaren, wat omvang betreft, op peil is gebleven. In het afgeloopen jaar moesten wij tot executie van één leening overgaan. Het onderpand van deze leening werd door ons ingekocht, doch terstond weder van de hand gedaan, terwijl de onderpanden van 4 leeningen ondershands werden verkocht. Het verlies aan deze transacties hebben wij ten laste van een speciale reserverekening gebracht. Evenals vorige jaren handhaven wij de gewoonte om de achterstallige rente voor 1,op te nemen, waar onder onze rentevordering terzake van door oorlogsgeweld verwoeste panden te dier zake moest een bedrag van 7.981,18 worden gereserveerd, terwijl voor een bedrag ad. 25.747,05 aan achterstallige reeds afgeschreven rente werd ontvangen het saldo van deze bedragen is ten goede gekomen aan een speciale reserverekening. Ons belang bij1 deze panden is thans nog 10 leeningen, met een totaal bedrag van 302.125,—; hiervan hebben 5 de rente geheel betaald. Onze instelling bezit geen ingekochte onderpanden en is noch direct noch indirect betrokken bij z.g. stroppen- maatschappijen. Ter dekking van de pensioenverplichting onzer instelling tegenover haar personeel, hebben commissarissen besloten over te gaan tot het in het leven roepen van de „Stichting Pensioenfonds van de N.V. Algemeene Friesche Hypotheek bank” en daarin een storting gedaan, welke ten laste is gebracht van de Algemeene Extra Reserve (Afschrijvings- fonds). COMMISSARISSEN. In Uw algemeene vergadering van aandeelhouders van 29 Januari 1942, werd tot Commissaris herkozen de Heer A. J. Brandt, die zijn herbenoeming heeft aangenomen. Thans zijn aan de beurt van aftreden de Heeren R. Buisman en H. Eisma.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Algemeene Friesche Hypotheekbank | 1942 | | pagina 2