VERDEELING VAN DE LEENINGEN
a. Naar de ligging.
Gesloten in 1941
Aantal Bedrag
Ligging van het
onderpand
Uitstaande op
31 December 1941
Bedrag Aantal
Procenten van
het totaal
1941
1940
1
3.000,—
Groningen
1
3,000,—
0,02
0,02
10 -
100.200,—
Friesland
50
-
324.852,50
1,72
1,88
-
Drente
1
-
650,—
2 -
55.000,—
Overijssel
30
150.525,—
0,80
0,74
2 -
13.300,—
Gelderland
5
-
89.850,—
0,48
0,57
1 -
10.000,—
Utrecht
13
295.685,—
1,57
1,60
48 -
1.275.500,—
Noord-Holland
126
-
2.201.127,49
11,65
7,68
23 -
615.900,—
Zuid-Holland 2)
58
-
1.474.166,41
7,81
5,29
Limburg
0,08
66
2.254.250,—
Amsterdam
147
5.036.357,50
26,67
21,99
62 -
1.212.700
’s-Gravenhage
214
6.497.806,05
34,41
43,18
26 -
876.000
Rotterdam
56
1.773.686,08
9,40
4,35
onder meer dan één
1 -
12.000,—
rubriek
7
-
1.032.060,—
5,47
12,62
242
6.427.850,—
708
18.879.766,03
100
100
b. Naar den aard.
Gesloten in 1941
Aantal Bedrag
Aard van het onderpand
in hoofdzaak
Uitstaande op
31 December 1941
Aantal Bedrag
239 6.308.805,—
3 - 119.045,—
Gebouwd
Ongebouwd
701 18.748.268,53
7 - 131.497,50
242 6.427.850
708 18.879.766,03
c. Naar de grootte.
Gesloten in 1941
Aantal Bedrag
Rubriek
Uitstaande op
31 December 1941
Aantal Bedrag
56
207.600,—
tot en
met
5.000.—
178
556.462,—
69
- 558.850,—
van
5.001.t/m
- 10.000.—
162
- 1.236.086,05
70
- 1.130.200,—
j»
10.001.—
- 25.000.—
174
- 2.815.317,50
23
- 808.000,—
25.001.—
- 50.000
98
- 3.477.629,44
7
- 448.100,—
50.001.—
- 75.000.—
40
- 2.458.198,16
6
- 526.000,—
75.001—
- 100.000
20
- 1.791.204,80
11
- 2.749.100,—
boven
- 100.000.—
36
- 6.544.868,08
242
6.427.850
708
18.879.766,03
Voor de grootere leeningen zijn meerdere afzonderlijke objecten verbonden.
12
J
-
-
-
-
-
-
uitgezonderd Amsterdam.
s) Rotterdam en ’s Gravenhage.