6 de panden te Enschede en Hengelo door den heer B. Derksen te Enschede, het pand te Hilversum door den heer G. Breed te Bussum. IJmuiden door den heer P. Heere. b Sneek door den heer F. Blok. Jelsum door den heer J. Kooi te Leeuwarden. n a n Wijtgaard door den heer H. Koopmans. Hoezeer wij er niet aan twijfelden, dat de panden een gezamenlijke waarde vertegen* woordigen, die hooger is dan de balanswaarde, doet het ons toch genoegen te mogen vèrklaren, dat de totale taxatiewaarde de balanswaarde met ruim f 50.000.overtreft, zoodat wij er van overtuigd zijn, dat de bedoelde panden t.z.t. zonder verlies van de hand kunnen worden gedaan en dat daarom geen gebruik zal behoeven te worden gemaakt van dë bovendien mede. tegen over deze panden staande „Reserve voor diverse doeleinden” (Afschrijvingsfonds),die na goedkeuring van de voorgestelde rekening zal stijgen van f 112.960.33 tot f 148.607.06. Wij wenschen er verder de aandacht op te vestigen a. dat de hypothecaire leeningen onzer Bank vrijwel uitsluitend gevestigd zijn op courante woonhuis- en winkelpanden in de groote gemeenten van ons landdat de onderpanden bij grootere posten bestaan in complexen van afzonderlijk verkoopbare perceelen, terwijl onze Bank niét geinteresseerd is bij incourante groote gebouwen, noch bij bioscopen, groote hotels, kweekerijen, bollenlanden of tuinderijen; b. dat gedurende de crisisjaren 19301936 de gezamenlijke reserves onzer instelling, met in begrip der „Reserve voor diverse doeleinden”, na goedkeuring der balans zullen zijn toe- genomen met rond f 700.000.— en wel van f 1.042.810.41 tot 1.755.411,52 waardóór het percentage der reserves tegenover het uitstaande pandbrievenkapitaal gestegen is van 4.13% tot 7.62%; c. dat alle achterstallige renten van vóór 1 Juli 1936 volledig zijn afgeschreven d. dat onze Bank bij geen enkele z.g. stroppenmaatschappij betrokken is, noch daarbij zijdelings belang heeft; e. dat in het loopende boekjaar de conversie onzer pandbrieven voor bedragen van vele millioenen, zoowel na uitlóting en aflosbaarstelling als vrijwillig, een uiterst vlot verloop had, terwijl slechts voor een zeer miniem bedrag te verzilveren viel. Door de zeer geringe mogelijkheid tot uitzetting van gelden op hypotheek, vertoont dé provisierekening uiteraard een ongunstig beeld. De aan provisie gemaakte winst bedroeg óver het afgeloopen boekjaar slechts f 23.758.99 tegen f 45.603.66 over 1935. Mede in verband met de hooge debetrenten, waarover wij hiervoren reeds spraken, bleef het bruto saldo bij andere jaren achter. Het bedraagt over het afgeloopen boekjaar f 130.730.08 tegen f 154.140.53 over 1935. De Koersrekening der pandbrieven, die veelal een nadeelig saldo oplevert, gaf echter een voordeelig verschil van f 1077.02, welk bedrag in mindering van de rekening Druk-, Zegel- en Noteeringskosten Pandbrieven is gebracht. Het surplus van de gemiddelde hypotheek rente boven de gemiddelde rente van de in omloop zijnde pandbrieven is weer iets, zij het ook weinig, gestegen door de uitlóting van 4J/2 en 5 pandbrieven. Dit surplus bedroeg op 31 December van het verslagjaar 0.8383 tegenover 0.8301 in het daaraan voorafgaande jaar. De geregelde contróle op ons bedrijf vanwege de Rijkspostspaarbank werd dit jaar voortgezet. Ook deze instelling heeft de in haar bezit zijnde hooger rentende pandbrieven alle vrijwillig geconverteerd. Rijkspost spaarbank.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Algemeene Friesche Hypotheekbank | 1936 | | pagina 8