5
te ondervangenin twaalf gevallen echter moest tot executie worden overgegaan.
Het netto winstcijfer bedraagt f 207.393.25. Tot dit resultaat heeft in de eerste plaats
de rentewinst bijgedragen, welke f 228.346.45 is geweest, tegenover f 220.145.45 in 1933. De
aan provisie op den dienst der leeningen gemaakte winst heeft f 88.598.17 bedragen, tegen
over f 83.214.17 in het voorafgaande jaar. Het surplus van de gemiddelde hypotheekrente der uit
staande leeningen boven de gemiddelde rente van de in omloop zijnde ^pandbrieven, bedroeg op
31 December van het verslagjaar 0.7730 tegenover 0.7851 van het daaraan voorafgaande jaar.
Evenals het vorig jaar achten wij het gewenscht het nadeelig saldo aan koersrekening
der pandbrieven ad f 20.872.89 geheel uit de gemaakte winst af te schrijven. Daarbij wordt
voorgesteld het dividend te bepalen op 20%, terwijl de winst ons bovendien in staat stelt
onze reserves aanzienlijk te versterken.
Op de laatste pagina van het verslag is een overzicht opgenomen van de bedrijfsresul
taten onzer Bank van het jaar van de oprichting af.
keringsbank. mer]sjng komen voor belegging der gelden van de Rijksverzekeringsbank en welke in pand
gegeven kunnen worden door werkgevers, die het risico van de bij de ongevallenwet geregelde
verzekering zelf wenschen te dragen.
ond*0”enz. onze pan(jbrieven voor belegging genomen door het Kroondomein, Pensioenfondsen voor
Ambtenaren, Spaarbanken, Levensverzekering-Maatschappijen en andere Instellingen.
Evenals in vorige jaren werden in het belang van de pandbriefhouders de aangeboden
pandbrieven zooveel mogelijk op de gebruikelijke wijze teruggenomen. Het aangeboden en terug
genomen bedrag was in 1934 lager dan in 1933, nl. f 589.300.tegen f 831.350.zijnde
respectievelijk 2.30% en 3.30% van het op 31 December 1934 en 1933 uitstaand bedrag aan
pandbrieven.
Hoewel de uitloting en conversie aan pandbriefhouders de zekerheid geven, dat zij
binnen afzienbaren tijd hunne in onze pandbrieven belegde gelden integraal terug ontvangen,
meenen wij tevens door vlotten inkoop zooveel mogelijk rekening te moeten houden met de
belangen van onze pandbriefhouders, die op een zeker tijdstip hunne pandbrieven te gelde
moeten maken.
van 22 Januari 1934 de loting plaats van f 60.000.4% pandbrieven, welke uitsluitend in de
maanden Juni en Juli verwisselbaar werden gesteld tegen 4% uitlootbare pandbrieven, zonder
koers verrekening en zonder bijbetaling van kosten. In totaal werden hiervan ter conversie
aangeboden f 43.600.4 pandbrieven.
van Notaris N. Ottema te Leeuwarden de gewone jaarlijksche uitloting plaats van 4% en
5% pandbrieven. In totaal werd uitgeloot voor een bedrag ad f 599.100.4% pand
brieven (waarvan zich voor een bedrag ad f 99.200.in portefeuille bevond) en f 1.052.200.
5% pandbrieven (waarvan f 68.500.in portefeuille), welke stukken per 1 Mei en 1 Juni a
pari aflosbaar werden gesteld. Voorts had in de vergadering van 30 Juli 1934 ten overstaan
van Notaris A. M. Harterink te Leeuwarden een extra uitloting plaats van 5% pandbrieven,
waarbij voor een bedrag ad f 500.000.— (waarvan f 31.300.— in portefeuille) a pari per
Rijkspost- De geregelde contróle op ons bedrijf vanwege de Rijkspostspaarbank werd dit jaar
spaarbank. voortgezet<
Rijksverze- Ook dit jaar kwamen onze pandbrieven voor op de lijst van fondsen, welke in aan-
Pensioen- Behalve door de reeds genoemde Rijkspostspaarbank en de Rijksverzekeringsbank worden
Pandbrieven. In totaal werd in dit jaar aan pandbrieven geplaatst voor een bedrag ad f 3.119.100.
tegen f 2.463.100.in 1933.
Conversie. Ingevolge het in 1913 genomen besluit had in de vergadering van den Raad van Toezicht
Uitloting In de vergadering van den Raad van Toezicht van 22 Januari 1934 had ten overstaan
