Vier en dertigste boekjaar.
Mijne Heeren
Hierbij hebben wij de eer U aan te bieden het verslag van den toestand der Bank en
van hare verrichtingen gedurende het afgeloopen jaar met bijvoeging van het rapport, opgemaakt
door het Accountants-Kantoor Joh. Doornbos te Groningen, als resultaat van het door dat
Kantoor ingesteld onderzoek omtrent de gevoerde administratie over 1933 en den stand der
Vennootschap.
In de Algemeene Vergadering van Aandeelhouders, den 22 Maart 1933 gehouden, werden
de balans en winst- en verliesrekening over het boekjaar 1932 goedgekeurd en het dividend
op 24 vastgesteld.
Aan het gedetailleerd verslag van de verrichtingen in het afgeloopen jaar wenschen wij
wederom enkele opmerkingen van algemeenen aard te doen voorafgaan.
Tot ons leedwezen moeten wij evenals het vorig jaar aanvangen met het vermelden van
een verlies, dat onze instelling heeft geleden en wel door het overlijden van den Heer Mr. J. H.
Beucker Andrew, sinds vele jaren Commissaris onzer bank. Ten zeerste zijn wij erkentelijk
voor hetgeen hij in die jaren tot de ontwikkeling van onze bank heeft bijgedragen. Zijn nage
dachtenis zal door ons steeds in eere worden gehouden.
Wat de resultaten betreft, welke ons bedrijf heeft opgeleverd, deze geven ook dit jaar
reden tot tevredenheid. De rente heeft zich in het afgeloopen jaar over het algemeen in een
dalende richting bewogen, hoewel deze gedurende een gedeelte van het jaar neiging tot stijgen
heeft vertoond. De uitgiftekoers der 4% pandbrieven, welke wij in den aanvang van het
jaar uitsluitend verkrijgbaar stelden tegen 100%, werd door ons spoedig verhoogd tot 10072
en daarna tot 101 In het midden van Februari werden in plaats daarvan door ons 4
pandbrieven uitgegeven tegen 99 In verband met de vervolgens ingetreden stijging van den
rentestand werd aan het einde van Maart die uitgifte stopgezet en stelden wij wederom 4%%
pandbrieven verkrijgbaar tegen den parikoers, welke koers in den aanvang van Juni werd
verlaagd tot 99 In September werd die koers echter verhoogd tot 9972 om daarna
spoedig wederom den parikoers te bereiken.
Aan pandbrieven werd in totaal geplaatst voor een bedrag van f 2.463.100.—. Aangezien
voor een bedrag van f 2.383.850.— door uitloting en inkoop aan den omloop werd onttrokken,
heeft derhalve dit jaar de vooruitgang f 79.250.bedragen. Door het vervroegd aflossen van
leeningen kregen wij dit jaar een bedrag van f 2.158.412.— te onzer beschikking (in 1932
f 2.109.000.Bovendien liep wegens het verstrijken van den termijn, waarvoor ze warén
gesloten, voor een totaalbedrag van f 2.452.805.— (in 1932 f 2.539.985.aan leeningen af,
welke voor een groot deel door ons op nieuwe voorwaarden werden verlengd.
Ook in dit jaar werden door ons de onderpanden der leeningen, welke bij de grootere
posten steeds bestonden in een complex van afzonderlijk verkoopbare perceelen, vrijwel uit
sluitend gevonden in courante woonhuis- en winkelpanden in de grootere gemeenten. Landposten
heeft onze instelling zoogoed als niet, terwijl wij bij tuinderijen, bollenland en dergelijke in het
geheel geen belang hebben. De betaling van rente en aflossing geschiedde over het algemeen
naar wensch, terwijl wij in negen gevallen moesten overgaan tot executie.
Het netto winstcijfer bedraagt f 200.370.45. Tot dit resultaat heeft in de eerste plaats
de rentewinst bijgedragen, welke f 220.145.45 is geweest, tegenover f 219.253.71 in 1932. De
aan provisie op den dienst der leeningen gemaakte winst heeft f 83.214.17 bedragen, tegen
over f 83.434.30 in het voorafgaande jaar. Het surplus van de gemiddelde hypotheekrente der uit
staande leeningen boven de gemiddelde rente van de in omloop zijnde pandbrieven, bedroeg op
31 December van het verslagjaar 0.7851 tegenover 0.7729 van het daaraan voorafgaande jaar.
Evenals het vorig jaar achten wij het gewenscht het nadeelig saldo aan koersrekening
der pandbrieven ad f 17.981.13 geheel uit de gemaakte winst af te schrijven. Daarbij wordt
Algemeen
Overzicht.
