9
Gemiddeld bedrag per leeningf 27.393.(vorig jaar f 39.212.
Bij de grootere leeningen bestond het onderpand steeds in een complex van afzonderlijk ver
koopbare perceelen.
B. Naar de wijze van aflossing.
12 leeningen zonder periodieke aflossingenf 243.050.
177 met - 4.934.355.—
Totaal 189 leeningen tot een bedrag vanƒ5.177.405.
C. Naar de ligging van het onderpand.
Friesland33 leeningen tot een bedrag van f 298.635.
Amsterdam21 - 1.154.300.
’s-Gravenhage.29 - 994.945.
Rotterdam8 - 264.025.
Noord-Holland (behalve Amsterdam) 61 - 1.660.800.
Zuid-Holland (behalve Rotterdam en ’s-Gravenh.) 23 552.300.
Gelderland2 - 91.850.
Overijsel7 56.650.
Provincie Utrecht5 - 103.900.
Totaal 189 leeningen tot een bedrag van f 5.177.405.
D. Naar den rentevoet.
1 leening 43/4% tot
een
bedrag
van
f 135.800.—
23 leeningen 5
- 720.225.—
9 j) )i
- 275.800.—
97 51/4%
- 2.186.280.—
1 leening 53/8%
- 88.000.—
54 leeningen 51/2% h
- 1.715.050.—
4 53/4% n
- 56.250.—
Totaal 189 leeningen tot een bedrag
van
f 5.177.405.—
Gemiddelde rente 5.2858 (vorig jaar 5.5732
E. Naar den dnnr.
Voor
den tijd
van
V2 jaar
1 leening
tot
een
bedrag
van
1 i
1
2 jaren
1
3 M
1
4
1
5 184 leeningen
Totaal 189 leeningen
tot
een
bedrag
van
29.875.—
- 77.000.—
7.600.—
13.750.—
12.800.—
- 5.036.380.—
5.177.405.—
F. Naar den aard van het onderpand.
Op gebouwde eigendommen 187 leeningen tot een bedrag van5.174.655.
ongebouwde 2 2.750.—
Totaal 189 leeningen tot een bedrag van
5.177.405.—
f!
JJ
1
J?
i
8
99
99
19
If.
?J
JJ
99
11
91
11
ÏJ
99
11
11
11
11
11
p
11
11
tl
19
tl
11
11
11
11