5
10% gestort, deelende voor één vierde deel in de winst van 1930, tegen den koers van 150%
voor aandeelhouders met voorkeursrecht en van 200% voor vrije inschrijvers. De inschrijving
werd ruim overteekend. Door deze uitgifte is het geplaatste kapitaal uitgebreid tot 2.500.000.
waarop 10% is gestoft.
Amsterdam. Tegen het einde van het verslagjaar werd dit kantoor verplaatst van Rokin 65-67 naar
Heerengracht 435/7.
voortgezet..
Pandbrieven. In totaal werd in dit jaar aan onze pandbrieven geplaatst voor een bedrag ad 3 923 300 -
tegen 4.724.200.— in 1929.
Evenals in vorige jaren werden in het belang van de pandbriefhouders alle aangeboden
pandbrieven op de gebruikelijke wijze teruggenomen. Het aangeboden en teruggenomen be
drag was in 1930 lager dan in 1929, nJj 283.400.— tegen 460.450.—, zijnde respectievelijk
1.18 en 2.15 procent van het op 31 Dec. 1930 en 1929 uitstaand bedrag aan pandbrieven.
Hoewel de uitloting pari onzer A\en 5% pandbrieven en de conversie van een aantal
4% pandbrieven in uitlootbare A\% pandbrieven aan pandbriefhouders de zekerheid geven,
dat zij binnen afzienbaren tijd hunne in onze pandbrieven belegde gelden integraal terug ont
vangen, meenen wij tevens door vlotten inkoop zooveel mogelijk rekening te moeten houden
met de belangen van onze pandbriefhouders, die op een zeker tijdstip hunne pandbrieven te
gelde moeten maken.
van 27 Januari 1930 de loting plaats van f 60.000.4 pandbrieven, welke uitsluitend in de
maanden Juni en Juli verwisselbaar werden gesteld tegen A\% uitlootbare pandbrieven, zonder
koersverrekening en zonder bijbetaling van kosten. In totaal werden hiervan ter conversie
aangeboden 45.900.4% pandbrieven.
Het ligt in onze bedoeling evenals in vorige jaren de niet aangeboden stukken bij de
volgende loting wederom in aanmerking te doen komen.
Uitloting. in de vergadering van den Raad van Toezicht van 27 Jan. 1930 had ten overstaan van
notaris Mr. P. D. Poelstra te Leeuwarden de gewone jaarlijksche uitloting plaats van 4|%
en 5% pandbrieven. In totaal werd uitgeloot voor een bedrag ad 567.200.— A\% pandbrieven
en 426.200.— 5 pandbrieven, welke stukken per 1 Mei en 1 Juni 1930 pari aflosbaar werden
gesteld.
Hypotheken. Ook dank zij den ijver van onze plaatselijke vertegenwoordigers, zijn wij er in geslaagd
de beschikbare gelden zeer goed te beleggen.
De op de daarvoor gestelde termijnen verschenen renten en periodieke aflossingen kwamen
over het algemeen wederom zeer vlot binnen, terwijl slechts aan enkele debiteuren vrijstelling
van periodieke aflossing werd verleend.
Van het per 31 December 1930 op de balans vermelde bedrag aan achterstallige interest
ad 1.556.56 is bij het uitbrengen van dit verslag nog in totaal niet aangezuiverd 1.529.06
betreffende één leening.
spaarbank. De geregelde controle op ons bedrijf vanwege de Rijkspostspaarbank werd dit jaar
keringsbank. 0ok dit ïaar kwamen onze pandbrieven voor op de lijst van fondsen welke in aan
merking komen voor belegging der gelden van de Rijksverzekeringsbank en welke in pand
gegeven kunnen worden door werkgevers, die het risico van de bij de ongevallenwet geregelde
verzekering zelf wenschen te dragen.
fondsenTnz. 0nZe Pandbrieven worden voor belegging genomen door het Kroondomein, Pensioenfondsen
voor Ambtenaren, Spaarbanken, Levensverzekering-Maatschappijen en andere Instellingen.
Conversie. Ingevolge het in 1913 genomen besluit had in de vergadering van den Raad van Toezicht