5 voortgezet. 819.600.— tegen 1.057.700 in 1922. Evenals in vorige jaren werden in het belang van de pandbriefhouders alle aangeboden pandbrieven op de gebruikelijke wijze teruggenomen, terwijl, sedert van de 6 °/o pandbrieven geen afgiftekoers meer genoteerd werd, deze stukken desgewenscht pari werden teruggenomen. Het aangeboden en teruggenomen bedrag was in 1923 eenigszins hooger dan in 1922, nml. ƒ401.050.— tegen ƒ379.550.—, zijnde respectievelijk 3.56 en 3.38 procent van het op 31 Dec. 1923 en 1922 uitstaand bedrag aan pandbrieven. Hoewel de uitloting pari onzer 4X 5 5% en 6 pandbrieven en de conversie van een aantal 4 ®/q pandbrieven in uitlootbare 4®/o pandbrieven aan pandbrief houders de zekerheid geven dat zij binnen afzienbaren tijd hunne in onze pandbrieven belegde gelden integraal terug ontvangen, meenen wij tevens door vlotten inkoop zooveel mogelijk tege moet te moeten komen aan de belangen van onze pandbriefhouders, die op een zeker tijdstip hunne pandbrieven te gelde moeten maken. over het algemeen wederom zeer vlot binnen, terwijl slechts aan twee debiteuren vrijstelling van periodieke aflossing werd verleend. Van het per 31 December 1923 op de balans vermelde bedrag aan achterstallige intrest ad ƒ9.030.29 is bij het uitbrengen van dit verslag nog in totaal niet aangezuiverd ƒ3.323.46, verdeeld over vijf leeningen. In dit bedrag is begrepen ƒ1.814.36 aan rente van drie leeningen, waarvan de onderpanden reeds verkocht zijn en alleen de afrekening nog moet plaats vinden. Het resultaat dier verkoopingen is zoodanig, dat zekerheid is verkregen voor de volledige betaling onzer vorderingen. Zooals wij reeds mededeelden, zijn wij er in geslaagd de beschikbare gelden, ook dank zij den ijver van onze plaatselijke vertegenwoordigers zeer goed te beleggen. De algemeene herziening van onze hypotheken-portefeuille, waarvan in het vorig verslag sprake was, kwam dit jaar ten einde. Gelijk reeds toen als onze voorloopige conclusie vermeld werd, is het resultaat van ons onderzoek alleszins geruststellend. de gemaakte rente en vrijgekomen gelden door uitloting van effecten, werden wederom in effecten belegd. Door de koersdaling der effecten, waarin het fonds is belegd, verminderde de balans waarde met 3.564.50, terwijl de gekweekte rente ad 11.904.69 aan het fonds werd toegevoegd. Rijkspost- De geregelde contróle op ons bedrijf vanwege de Rijkspostspaarbank werd dit jaar spaarbank. Rijksverze- Ook dit jaar kwamen onze pandbrieven voor op de lijst van fondsen welke in aan- kerlngsbank. merjJjng jj0men VOOr belegging der gelden van de Rijksverzekeringsbank en welke in pand gegeven kunnen worden door werkgevers, die het risico van de bij de ongevallenwet geregelde verzekering zelf wenschen te dragen. Pensioen- Onze pandbrieven worden voor belegging genomen door Pensioenfondsen voor Ambte- fondsen enz.naren^ gpa^banken, Levensverzekering-Maatschappijeh en andere Instellingen. Pandbrieven. In totaal werd in dit jaar aan onze pandbrieven geplaatst voor een bedrag ad Hypotheken. De per 1 Mei en 1 November verschenen renten en periodieke aflossingen kwamen Reserves. De dotatie aan het Statutair Reservefonds uit de winst 1922 ad 16.000. benevens

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Algemeene Friesche Hypotheekbank | 1923 | | pagina 7