4 terwijl wij in dit jaar voor een totaal bedrag van f 267.800 van de uitstaande pandbrieven hebben uitgeloot. Hoewel wij in den loop van het jaar ook een vrij groot aantal van onze pandbrieven van lager rentetype verkochten, is de vooruitgang toch in hoofdzaak te danken aan den ver koop van 6"/o pandbrieven, met welker uitgifte wij in September van 1920 waren begonnen. Wij konden deze stukken het grootste deel van het jaar tegen den parikoers verkrijgbaar stellen. In het najaar werd echter het ons op deze voorwaarden aangeboden kapitaal te groot om dat nog met een voldoende winstmarge te kunnen verwerken, zoodat wij eerst den koers van uitgifte moesten verhoogen tot 101% om al spoedig daarna de uitgifte van de 6"/o pandbrieven geheel stop te zetten. Daarmede ging gepaard een verhooging der uitgiftekoersen van onze pand brieven van lager rentetype; waren deze sedert den aanvang van het jaar voor de 4°/o, 4‘/a0/o en 5°/o op respectievelijk 80"/o, 87 lh °/o en 95n/o gesteld geweest, aan het einde van het verslag-, jaar waren deze koersen gestegen tot respectievelijk 83n/o, 90'/o en 97°/o. Kwamen dus door den vlotten verkoop van onze pandbrieven belangrijke bedragen voor het uitzetten op hypotheek te onzer beschikking, de andere bron, waaruit wij de laatste jaren gewend geraakt waren voor het aangaan van nieuwe leeningen zoo rijkelijk te putten - het vervroegd aflossen van vroeger aangegane leeningen heeft echter in het afgeloopen jaar, als gevolg van het tot staan komen van de abnormale mutatie in den eigendom van gebouwde onderpanden, niet meer in sterke mate gevloeid. Uit dien hoofde kwam n.1. slechts een bedrag van 843.011.voor het aangaan van nieuwe leeningen beschikbaar, terwijl dit in het jaar tevoren f 1.721.782.50 was geweest. Aan aanvragen om het ons toevertrouwde geld rendabel te beleggen, heeft het ons in het thans achter ons liggende jaar, zeer zteker niet ontbroken. De onzekere tijdsomstandig heden maakten het echter noodzakelijk een zeer scherpe selectie uit te oefenen, zoodat wij vele t aanvragers hebben moeten teleurstellen. Zooals uit de hieronder opgesomde gegevens blijkt, leidden van de 283 aanvragen voor een totaal bedrag van f 6.355.892.50 er slechts 169 tot afsluiten van leeningen voor een totaal bedrag van f 2.750.492.50. In het vorig jaar waren die cijfers respectievelijk 214 met f 3.191.340.en 195 met f 2.742.190. Het gevolg van deze noodzakelijke voorzichtigheid is geweest, dat de aanzienlijke be dragen, welke ons over een betrekkelijk korten tijd van onze pandbriefafnemers toevloeiden, niet altijd spoedig belegging vonden, zoodat wij geruimen tijd een aanzienlijk kassierssaldo hebben gehad. Bij het afsluiten der hypotheken gingen wij ook dit jaar met de uiterste om zichtigheid te werk en zorgden wij er voor door het zooveel mogelijk beperken van den duur der leeningen (afs regel niet meer dan vijf jaar) en door het eischen van flinke halfjaarlijksche aflossingen, het risico voor onze Bank zoo gering mogelijk te doen zijn. Het grootste deel van het jaar konden wij nog voor onze leeningen 6 °/o rente bedingen in het najaar liep de rentestand echter vrij snel terug en moesten wij genoegen nemen met 6% °/n en zelfs dikwijls met 6 °/o rente. Beschouwen wij de winst- en verliesrekening, dan zien wij dat de over het afgeloopen jaar behaalde winst nog aanzienlijk die van het jaar tevoren heeft overtroffen. Slechts aan provisie voor vervroegde aflossing is, zooals uit het bovenstaande volgt, belangrijk minder geïnd dan in 1920, f 6.987.96 tegen f 15.914-13. De rentewinst is echter weder aanzienlijk toege nomen. Was het surplus, van de gemiddelde hypotheekrente der uitstaande leeningen boven de gemiddelde rente voor de in omloop zijnde pandbrieven bij den aanvang van het jaar 0.788 «/o, het geheele jaar door is dat bijna steeds boven 0.80 geweest totdat het aan het einde van het jaar was gestegen tot 0.888 Daarnaast heeft ook de gemaakte provisie bij het afsluiten van leeningen in ruime mate tot het gunstige resultaat bijgedragenuit dien hoofde werd in totaal geïncasseerd 31.567.86 tegen f 26.874.55 in het vorige jaar.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Algemeene Friesche Hypotheekbank | 1921 | | pagina 6