7 Door de groote daling in de koersen der effecten waarin het Reservefonds belegd is, verminderde het fonds in waarde met 9.033.87, terwijl de gekweekte rente ad f 6.019.81 aan het fonds werd toegevoegd. In den loop van het jaar toen de koersen der Russische effecten aanmerkelijk opliepen, hebben wij besloten om onze R.M. 3500 4J4 Wladikawkas Spoorweg-Maatschappij, welke op onze balans per 31 December 1917 berekend waren tegen een koers van 49%, te verkoopen. Wij slaagden er in ons van deze stukken te ontdoen tegen een koers van 47%, zoodat wij thans geen enkel buitenlandsch fonds in ons bezit hebben. Overeenkomstig het besluit van de Algemeene Vergadering van Aandeelhouders werd eene reserve voor koersverschillen gecreëerd ad f 5.000.tot dekking van eventueele verliezen op de - koersrekening-pandbrieven. Waar deze rekening echter dit jaar een winst-saldo opleverde van 3.204.3314 behoefde deze reserve niet aangesproken te worden. 6e loting plaats van f 60.000.4%, pandbrieven, welke in de maand Juli verwisselbaar werden gesteld tegen Wi pandbrieven, zonder koersverrekening en zonder bijbetaling van kosten. In totaal werden hiervan ter conversie aangeboden ƒ44.400.— 4% pandbrieven. Het ligt in onze bedoeling evenals in vorige jaren de niet aangeboden stukken bij de volgende loting wederom in aanmerking te doen komen. In verband met ons besluit om jaar lijks in de maand Januari vier procent van onze 4H en 5%> pandbrieven pari uit te loten, zal de conversie-loting der 4%, pandbrieven in het vervolg ook in Januari plaats hebben, terwijl de stukken alsdan verwisselbaar worden gesteld in de maanden Juni en Juli. nieuw aan de Gemeente Leeuwarden voor 1500.van 12 Mei 1918 tot 12 Mei 1919. Intusschen werd het gemis aan ruimte in ons tegenwoordig kantoorgebouw steeds hinderlijker, zoodat wij in het najaar besloten tot verbouwing van het aangekochte pand over te gaan. De Gemeente Leeuwarden vonden wij bereid reeds 1 Januari 1919 het pand te ont ruimen op voorwaarde dat zij slechts de huur over het eerste halfjaar van 12 Mei tot 12 No vember 1918 betaalde. Hoewel de kosten van verbouwing en inrichting zeer belangrijk zullen zijn, verwachten wij, evenals onze deskundige adviseurs, in de eerstvolgende jaren geen daling in de bouwkosten, terwijl bovendien het pand zeer in waarde zou achteruit gaan wanneer de Gemeente het nog langer als distributiegebouw in gebruik had. Met 1 Januari 1919 is dan ook een aanvang met de verbouwing gemaakt onder architectuur van de Heeren H. A. J. Jan Baanders, architecten te Amsterdam. Ons tegenwoordig kantoorgebouw hebben wij, zoodra ons nieuw kantoorgebouw geheel gereed is, verhuurd voor een termijn van 10 jaren tegen een huurprijs van f 1700.per jaar. Wij meenden dit perceel niet te moeten verkoopen aangezien wij het van groot belang achtten dat, wanneer onze Bank gevestigd is in het nieuwe kantoor gebouw, wij de zekerheid hebben dat geen concurreerend of last veroorzakend bedrijf in het naastgelegen perceel gevestigd zou worden. Waar de huurprijs berekend is naar de tegen woordige waarde en de huur voor 10 jaren wordt aangegaan, kan het bezit van dit pand geen bezwaar voor de Bank zijn. Het is ons aangenaam Uwe aandacht ook dit jaar te kunnen vestigen op het feit dat Conversie. Ingevolge het in 1913 genomen besluit had in onze vergadering van 22 Mei 1918 de Gebouwen Het perceel Zaailand 98, naast ons tegenwoordig kantoor gelegen, verhuurden wij op Executie’s. ingekochte wij in 1918 tot geen executie behoefden over te gaan, noch genoodzaakt waren een onderpand onderpanden, in te koopen. Onze instelling bezit geen enkel ingekocht onderpand, noch heeft zjj helang bij vroeger ingekochte onderpanden.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Algemeene Friesche Hypotheekbank | 1918 | | pagina 9