Achtste Boekjaar. Ingevolge artikel 46 der Statuten hebben wij de eer U hierbij aan te bieden het verslag van den toestand der Bank en van hare verrichtingen gedurende het achtste .boekjaar. Wij voegen hieraan toe het rapport opgemaakt door den Heer E. van DIEN, accountant te Amsterdam, als resultaat van het door hem ingestelde onderzoek omtrent de gevoerde administratie over 1907 en den stand van de Vennootschap. In de Algemeene vergadering van Aandeelhouders gehouden den 30 Maart 1907, werden de Balans en Winst- en Verliesrekening over het boekjaar 1906 goedgekeurd, het dividend op 6°/o vastgesteld, terwijl verder de Heer Mr. A. F. van HALL te Amsterdam werd herbenoemd als Com missaris, ter voorziening in de vacature ter oorzake van zijne periodieke aftreding als zoodanig en de Heer P. A. van KOSSEM te Rotterdam als Commissaris werd gekozen, ter voorziening in de vacature ontstaan door de aftreding van den Heer J. E. SCHÖLTEN te Groningen als Commissaris, die door drukke bezigheden zich niet weder wenschte beschikbaar te stellen voor deze functie. Met genoegen kunnen wij melden dat de Heeren Mr. A. F. van HALL en P. A. van ROSSEM bereid zijn bevonden hunne benoeming te aanvaarden. Thans treden volgens rooster af de Heeren Jhr. Mr. P. J. van BEIJMA en P. A. van ROSSEM, de gelegenheid om in deze twee periodieke vacatures te voorzien zal U aanstonds worden gegeven. Op 31 December 1907 was het aandeelen kapitaal, bestaande uit 1000 aandeelen, elk van duizend gulden, waarop is gestort 10°/o, verdeeld als volgt 1 Aandeelhouder met 30 Aandeelen Aandeelen 1 25 25 n 4 Aandeelhouders 20 80 3 12 36 2 11 22 38 10 380 1 Aandeelhouder 9 9 2 Aandeelhouders 8 16 52 transport 598 A m 30 n 9 n 9 9 7 9 r> 9 9 9 9 9 9 9 n 9 9 n 9 9 9

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Algemeene Friesche Hypotheekbank | 1907 | | pagina 5